Bijdrage Joël Voordewind aan het algemeen overleg Iran.

woensdag 09 november 2011 00:00

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind als lid van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken in een algemeen overleg met minister Rosenthal van Buitenlandse Zaken.

Onderwerp:    Iran

Kamerstuk:    33 000 - V

Datum:             9 november 2011

De heer Voordewind (ChristenUnie): Voorzitter. Het schijnt te sneeuwen in Iran, zag ik net op Twitter. Dat zou weleens een slecht voorteken kunnen zijn voor de Arabische of de Perzische winter, al moet je natuurlijk niet alles geloven wat op Twitter wordt gezet. Je moet kijken naar de feiten. Dat heeft het atoomagentschap van de VN ook gedaan. De feiten zijn nog schokkender dan de eerdere rapporten van het atoomagentschap. Het agentschap spreekt nu over een geloofwaardig bewijs dat er nucleaire wapens worden ontwikkeld. De zorgen van de ChristenUnie zijn drieledig. Wij zijn bezorgd over de mensenrechten en het VN-rapport, dat ook door anderen is genoemd; over de situatie van de minderheden: politieke gevangenen, vrouwen, bahá'ís, christenen; en over het IAEA-rapport.

Eerst ga ik in op de mensenrechten. Het aantal executies is alleen maar toegenomen. Er wordt gesproken over 250 tot 300 executies per jaar. Ook minderjarigen en homo’s worden ter dood gebracht. Er vinden nog altijd stenigingen plaats.

Wij hebben ook grote zorgen over de religieuze minderheden in Iran. Wij hebben het er net al even over gehad. Ik denk aan de positie van de bahá'ís en die van de heer Nadarkhani. Wij hebben tegenstrijdige berichten over hem gehoord. De minister heeft mij zelf het bericht gegeven dat de zaak van de heer Nadarkhani naar een lagere rechter zou zijn verwezen. Dat is ook de officiële verklaring van de Iraanse ambassadeur. Schijnbaar weet de advocaat van de heer Nadarkhani echter nergens van; hij heeft geen signalen gekregen en wacht nog steeds op het laatste oordeel van de ayatollah. Kan de minister helderheid geven over deze zaak? Is er nu een doorverwijzing naar een lagere rechtbank of niet? Dat blijft toch erg vaag. Vorige keer hebben wij een dertigledendebat over Iran gevoerd. De minister van Buitenlandse Zaken heeft toen toegezegd contact te zullen opnemen met de minister van asielzaken, de heer Leers, over de uitgezette bekeerde christenen en homo's. Eerder hebben wij daarover een motie ingediend. Ik ben erg benieuwd naar wat er uit dat overleg is gekomen. De situatie op dit moment is nog schrijnender dan toen wij eerder daarover hebben gesproken. De minister van asielzaken zegt dat deze mensen prima terug kunnen naar Iran als zij hun geloof maar zo goed als voor zich houden. Zo kennen wij het begrip "godsdienstvrijheid" uit de internationale verdragen toch niet? Graag krijg ik hierop een reactie.

Ik spreek mijn dank uit aan de minister voor zijn inzet in de zaak Abramian. De heer en mevrouw Abramian hebben door een stevige inzet van de minister kunnen afreizen naar Nederland. Ik begrijp dat er nu een tweede dialoog is gestart. Kan de minister dit bevestigen? Zo ja, wat houdt deze tweede dialoog dan in? Als er zaken bij zijn die niet in de openbaarheid besproken kunnen worden, moet de minister hierover vooral niets zeggen, maar het heeft wel mijn bijzondere interesse, mede omdat wij weten dat er nog drie of vier andere Nederlandse Iraniërs in Iran vastzitten.

In de brief lezen wij ook dat de minister heeft besloten, de bevriezing van niet-noodzakelijke ambtelijke contacten met de Iraanse ambassade op te heffen. Over welke contacten gaat het? Hoe wordt invulling gegeven aan de beperkte bewegingsvrijheid van de Iraanse ambassade? Kan de minister daarover nog iets zeggen?

Ik kom op het IAEA-rapport. De bewijzen stapelen zich nu toch op: het computermodel, de ontstekingsmechanismen et cetera. Nu is toch echt wel het moment aangebroken dat de internationale gemeenschap moet pleiten voor totale openheid van zaken bij de inspecties. Er moet volledige toegang tot de nucleaire activiteiten zijn. Ik weet dat een en ander erg lastig is en dat wij af en toe om de tuin worden geleid; dan is er weer een kerncentrale gebouwd waar wij pas een jaar later van horen. Dit moet echter het belangrijkste punt zijn. Als wij niet weten wat Iran precies doet en of de ontstekingsmechanismen zullen worden gebruikt voor een nucleair wapen, dan blijven wij gedeeltelijk in het duister tasten. Wij tasten niet helemaal in het duister omdat wij het atoomagentschap hebben en er nu bewijzen naar voren komen. Ik sluit mij aan bij de woorden van de anderen die zeggen dat er een verzwaring van de sancties moet komen. Nederland en Europa moeten zich dan maar aansluiten bij de Amerikanen en niet meer wachten op de Veiligheidsraad, want daarin zal Rusland steeds weer zijn veto uitspreken. Laat de EU dan maar gewoon de Amerikanen volgen.

Op 7 oktober is er een handelsconferentie geweest in Nederland. Deze conferentie was georganiseerd door de Netherlands Iranian Business Association (NIBA) en ging over het investeren in de Iraanse gas- en olie-industrie. Dit verontrust mij toch wel. De Nederlandse overheid was er niet bij betrokken, maar in hoeverre heeft de Nederlandse overheid grip op dit soort ontwikkelingen?

Voor meer informatie zie ook www.tweedekamer.nl.


Labels
Bijdragen
Joël Voordewind

« Terug

Archief > 2011 > november