Bijdrage Arie Slob aan het plenaire debat inzake de Europese top.

woensdag 02 november 2011 00:00

Bijdrage van ChristenUnie Fractievoorzitter Arie Slob in een plenair debat over de Europese top met minister-president Rutte en minister De Jager van Financiën.

Onderwerp:    Europese top

Kamerstuk:    21 501 – 20

Datum:             2 november 2011

De heer  Slob (ChristenUnie):

Voorzitter. De EU-top van vorige week stond voor een grote opgave: perspectief bieden voor Griekenland, een land waar de sociale onrust inmiddels tot ongekende hoogte is opgelopen, voor landen als Spanje, Portugal en Italië en uiteindelijk voor de gehele eurozone. Je zou zelfs kunnen zeggen voor de gehele Europese Unie. Na het mislukte pakket van 21 juli was het tijd voor een echt fundamentele aanpak van de schuldencrisis. Er is nu een akkoord. Sinds gisteren ligt onder dat akkoord, dat door de regering en de regeringspartijen als een totaalpakket werd gezien, een Griekse bom. De grote vraag is -- daar wil ik het kabinet over horen -- of deze bom nog valt te demonteren. Hoe kan zoiets gebeuren? Die vraag is echter misschien retorisch.

De minister-president was in de vroege ochtend van de donderdag erg blij met de afspraken die waren gemaakt. Ik hoorde hem zeggen dat er een geweldige stap voorwaarts was gemaakt. Zo noemde hij het pakket. De vraag is dan wel welke richting die stap voorwaarts uit is gezet. Na het sluiten van het akkoord van 21 juli jongstleden heb ik gelijksoortige teksten uit zijn mond gehoord. Toen sprak de minister-president nog de verwachting uit dat de beurzen zouden laten zien dat het een compleet akkoord was dat de problemen die er waren zou tackelen en dat de problemen van Griekenland niet naar andere landen zouden overslaan. Wij weten allemaal wat er terecht is gekomen van deze mooie woorden: niet veel. Waar baseert de minister, het kabinet, zijn verwachting op dat het met dit akkoord wel goed zal gaan?

De fractie van de ChristenUnie heeft destijds het tweede noodpakket niet gesteund. In onze ogen was het niet het goede antwoord op het tekortschieten van het eerste noodpakket. Wij werden weggezet als onverantwoorde politici. Drie maanden na het afsluiten van het tweede noodpakket, durf ik de vraag wel op tafel te leggen wie hier nu echt onverantwoord bezig is geweest. Ik ben benieuwd of de minister-president straks zal ingaan op deze vraag.

Maar: nieuwe ronde, nieuwe kansen. Er ligt een nieuw pakket. Dat nieuwe pakket -- dat heb ik afgelopen donderdag ook uitgesproken -- bevat goede elementen. De vraag is wel of dit hét antwoord is op de problemen waar wij nu mee te maken hebben en die de afgelopen drie maanden enorm zijn toegenomen. Daar heeft mijn fractie zeer grote twijfels bij.

Dat geldt bijvoorbeeld voor het Griekse deel. Mijn spreektijd is wat minder. Daarom sluit ik mij kortheidshalve aan bij de vragen die mevrouw Blanksma daarover zojuist heeft gesteld. Biedt dit Griekenland een echt perspectief? Zou je haast niet kunnen zeggen dat de situatie die nu in Griekenland ontstaat en de noodsprongen die Papandreou maakt, te maken hebben met het feit dat de Grieken dat zelf niet meer op deze manier ervaren? Om het wat plat te zeggen: zij trekken het gewoon niet meer.

Een ander belangrijk onderdeel is het begrotingstoezicht. Hoe waterdicht zijn de afspraken hierover? De teksten komen ons eerlijk gezegd tamelijk zacht over. Een waterdicht begrotingstoezicht was toch een harde voorwaarde voor Nederland om uiteindelijk akkoord te gaan met verdere afspraken? Ik vraag de minister-president daarop straks in te gaan. We hebben gezien dat Italië zijn lijstje met huiswerk heeft ingeleverd. Stel dat de Italianen hun huiswerk niet of niet volledig gaan maken. Zo kennen we hen soms een beetje. Welke instrumenten hebben we dan in handen om ze daadwerkelijk aan te pakken? Ik stel de vraag en ik ben benieuwd naar het antwoord van het kabinet. Ik vermoed dat we dan onvoldoende in handen hebben om de Italianen daadwerkelijk bij de les te houden. Het was toch een belangrijke voorwaarde voor Nederland dat wij deze landen bij de les zouden kunnen houden?

Er is nog erg veel onduidelijk over het noodfonds. Hoe gaan de hefbomen werken? Ook wij vragen ons af wat de betrokkenheid is van het IMF bij het noodfonds. Die betrokkenheid was toch een harde voorwaarde voor Nederland? Ik vind die betrokkenheid van het IMF niet terug. De antwoorden op de schriftelijke vragen zijn vrij algemeen.

Ook ik ben benieuwd waar de minister-president de conclusie vandaan heeft gehaald dat het noodfonds de slagkracht van een bazooka heeft gekregen. Dat lijkt ons een beetje een slag in de lucht, maar wij wachten de beantwoording af.

Komend weekend wordt er door de G20 weer verder gesproken over het noodfonds. Ik wil een dringende oproep doen aan de minister-president om alles in het werk te stellen, bijvoorbeeld via mevrouw Merkel of de heer Sarkozy, om ervoor te zorgen dat er voor Nederland ook een stoel wordt aangeschoven aan deze tafel. Ik weet dat Nederland dat niet zelf in de hand heeft. Gezien onze status horen wij daar echter gewoon bij te zijn. Wij horen daar ook al bij vanwege het feit dat wij een van de grootbetalers in Europa zijn.

Ik kom bij de ECB. Ik heb in mijn interruptie van de heer Harbers hiervoor ook al aandacht gevraagd. Ik ben blij dat de ECB niet is gekoppeld aan het noodfonds. Mijn zorg is echter niet weggenomen als ik de nieuwe president van de ECB hoor zeggen dat hij min of meer gewoon doorgaat met het opkopen van obligaties. Er is in de afgelopen maanden al voor 170 mld. of misschien nog meer opgekocht. Ik hoor de nieuwe president zeggen dat dit ook niet wordt overgedragen aan het noodfonds. Is dit misschien toch niet een soort vangnet dat nog wordt gecreëerd, zonder dat dit in de akkoorden staat? Ik wil hierover graag duidelijkheid hebben. Het zou strijdig zijn met het mandaat van de ECB en het maakt van de ECB een politiek instituut. Dat willen we toch niet? Dat is heel erg link, zeker gezien alle gevolgen die het kan hebben als er echt problemen komen voor de lidstaten. Die gevolgen kan dit dus ook voor Nederland hebben.

Het moge duidelijk zijn dat mijn fractie nog heel veel vragen heeft. Die vragen worden opgeroepen door wat naar ons toe is gekomen. Er was sprake van een eerste noodpakket en van een tweede noodpakket. In feite zijn wij nu met een derde noodpakket bezig. Ik ben een atletiekliefhebber. Daarom doet mij dit denken aan de heel moeilijke atletiekdiscipline van de hink-stap-sprong. Deze discipline is zo moeilijk omdat alles erbij moet kloppen. Er moet een optimale verhouding zijn tussen de hink en de stap om uiteindelijk de goede sprong te kunnen maken. De grote vraag is of wij die echte sprong gaan maken met wat nu voorligt. Is dit het antwoord op de problemen? Ik heb al gezegd dat mijn fractie daar grote vraagtekens bij plaatst. Met meer dan normale belangstelling wachten wij de reactie van het kabinet in de eerste termijn af.

Voor meer informatie zie ook www.tweedekamer.nl.


Labels
Arie Slob
Bijdragen

« Terug

Archief > 2011 > november