Bijdrage spoeddebat over de status van asielzoekers die onder de oude wet vallen

Subscription 'CU Hoofdlid - laag' on 'Contributie Hoofdleden' for 'Scholten, J. [87461]'woensdag 21 juni 2006 20:30

Mevrouw Huizinga-Heringa (ChristenUnie): Voorzitter. Deze week sprak ik een gezin dat al jaren in Nederland is. Het heeft drie kinderen die hier geboren zijn en woonde in de Van de Spiegelstraat in Den Haag. Het gezin is uitgeprocedeerd, werd in vreemdelingenbewaring genomen, terwijl het in vreemdelingenbewaring was gepresenteerd aan de beruchte Syrische commissie waarover wij zoveel gesproken hebben en na zeven maanden vrijgelaten uit de vreemdelingenbewaring, zonder papieren of een laissez-passer. Het had geen papieren en werd toch voor de keus gesteld terug te gaan naar Syrië, wat niet kon, of op straat te komen. Het gezin is het huis in de Van de Spiegelstraat kwijt en woont nu in een caravan. Het weet niet hoe het verder moet.

Zulke gevallen, mensen die op straat terechtkomen, brengen gemeenten ertoe bijna unaniem de minister te vragen om alsnog een ruimhartig pardon in te stellen. Ondanks beloften van de minister dat het slechts in het uiterste geval zou gebeuren, worden de mensen -- ik zou zeggen: redelijk massaal -- op straat gezet. Gezinnen worden gescheiden of lopen het risico te worden gescheiden, ondanks beloften van de minister dat het niet zal gebeuren. De voorbeelden zijn legio.

De minister heeft ons een brief met cijfers gestuurd. Daaruit blijkt dat zij met de afhandeling van zaken flink is opgeschoten. In die zin heeft zij haar best gedaan om de motie van D66 waarin wordt gesproken over afhandeling van zaken door de IND en de rechter uit te voeren. Maar uit de cijfers blijkt ook dat het met de terugkeer niet goed gaat. Daar is achterstand. Ook blijkt dat maar 22% van de mensen terugkeert. 36% verdwijnt en vertrekt met onbekende bestemming. Dat zijn echt niet allemaal mensen die weigeren mee te werken. De aanpak is niet sluitend.

Het verrassendste cijfer met betrekking tot de terugkeer is dat 44% recht blijkt te hebben op een verblijfsvergunning. Hoe kan dat? Wij hadden het toch over 26.000 uitgeprocedeerden? Hoe kan een uitgeprocedeerde nu recht hebben op een verblijfsvergunning? Het waren dus geen uitgeprocedeerden. Van de 26.000 zat een groot deel gewoon nog in de procedure. Deze mensen hoefden het land niet uit, zoals minister Verdonk steeds heeft gesuggereerd. Zij hadden groot gelijk dat zij, in de woorden van de minister, procedure op procedure stapelden. De mensen die hen hielpen en hun onderdak gaven, gaven hun geen valse hoop. Zij gaven hun terechte hoop. 43% van de 26.000 mensen hebben jarenlang moeten wachten totdat zij eindelijk een verblijfsvergunning kregen, een vergunning waar zij recht op hadden. Dat is redelijk beschamend.

En nu? Minister, ik zou zeggen: ik ga mij niet verdiepen in cijfers en vragen. Trouwens, de vragen die zijn te stellen zijn al gesteld. Ik zou zeggen: minister, luister naar de gemeenten. Zij worden geconfronteerd met de gevolgen van het beleid en zij kunnen daar niet mee leven. Zij vragen om een pardon. Wij doen dat ook, al jaren.



Mevrouw Huizinga-Heringa (ChristenUnie): De minister heeft gezegd dat zij met achthonderd gevallen veel meer gebruik heeft gemaakt van haar discretionaire bevoegdheid dan haar voorgangers ooit hebben gedaan. De cijfers die ik heb gelezen zijn dat in ongeveer 4% van de gevallen de discretionaire bevoegdheid wordt gebruikt. De minister heeft dat in 4% van de gevallen gedaan, maar haar voorgangers ook. Zo bekeken is er niet zo heel veel verschil tussen haar en haar voorgangers.

Minister Verdonk: Ik moet zeggen dat de terugkeercijfers in die tijd dan wel heel laag zijn geweest.

Mevrouw Huizinga-Heringa (ChristenUnie): Kennelijk wel, maar die 4% staat vast.

Minister Verdonk: Nee, volgens mijn gegevens niet. Ik kom op de sluitende aanpak en het MOB gaan.



2e termijn

Mevrouw Huizinga-Heringa (ChristenUnie): Voorzitter. Wij hebben al vaak over dit onderwerp gesproken. Wederom hebben wij de argumenten met de minister gewisseld. Ik heb niet veel behoefte aan een tweede termijn, maar hecht er wel aan om te zeggen dat de minister de gemeenten van bestuurlijke ongehoorzaamheid beschuldigt, omdat zij noodopvang verzorgen of bekostigen. Dat vind ik onbegrijpelijk. Als iemand geen recht heeft op opvang, betekent dat niet dat het voor hem verboden is om opgevangen te worden. Geen recht op opvang is niet een straf die inhoudt dat betrokkene door niemand mag worden opgenomen. Wij leven toch niet in een land waar menselijkheid tegen de wet is en waar gemeenten verplicht zijn om mensen op straat te laten bivakkeren? Het komt voor dat mensen de opvang verlaten en met onbekende bestemming vertrekken. Dan is er sprake van een lastig probleem dat niet eenvoudig is op te lossen. Dat heeft de minister gezegd en dat ben ik met haar eens. Het is echter wel duidelijk dat door hardheid en onbarmhartigheid het probleem niet wordt opgelost.



Minister Verdonk:

Mevrouw Huizinga-Heringa heeft opmerkingen gemaakt over hardheid en onbarmhartigheid. Daarover zouden wij een heel debat kunnen voeren. Ik wil daar tegenover stellen dat het uitvoeren van wetten met daarbij duidelijk oog voor schrijnendheid misschien minder hard en minder onbarmhartig is dan steeds maar valse hoop geven aan mensen die daardoor elke keer denken dat zij in Nederland mogen blijven.

Mevrouw Huizinga-Heringa (ChristenUnie): Mijn opmerking over hardheid en onbarmhartigheid sloeg op de context waarin ik het zei. In mijn ogen is het hard en onbarmhartig om gemeenten te verbieden om opvang te verzorgen voor mensen die dakloos zijn. Dat brengt ook geen oplossing voor het probleem van de mensen die op straat zwerven en die u en ik het liefste op een goede plek zouden zien. Dat was de strekking van mijn opmerking.

Minister Verdonk: Het gaat mij erom dat gemeenten zouden moeten meewerken aan terugkeer en mensen zouden moeten helpen. Wij hebben namelijk een heel groot project neergezet om gemeenten te helpen en ervoor te zorgen dat er geen mensen op straat hoeven te leven. Ik weet niet of u net hier was toen ik dat project nog eens heb doorgenomen. Zo lang wij mensen faciliteren van wie het iedereen duidelijk is dat zij hun eigen keuze hebben gemaakt, namelijk hier blijven en niet terugkeren naar het land van herkomst, is er weinig prikkel om terug te gaan.

Mevrouw Huizinga-Heringa (ChristenUnie): Ik ben het met u eens dat gemeenten mensen die in noodopvang zitten, zouden moeten helpen om terug te keren naar een ander land om een houdbare toekomst voor ze te zoeken. Ik ben het echter niet met u eens dat iedereen die op straat komt, daar zelf voor heeft gekozen. Daarvoor heb ik te veel verhalen gehoord die een andere kant op wijzen. Daarvoor zijn ook de aantallen mensen die op straat terecht komen en worden uitgezet, redelijk groot. Als gemeenten mensen willen helpen, moeten zij ze in de eerste plaats helpen door ze onderdak te geven. Het eerste wat je doet om mensen te helpen die met kleine kinderen op straat staan en nauwelijks te eten hebben, is zorgen voor onderdak. Daarna ga je verder kijken. Je kunt dat probleem niet wegpoetsen. Het kan toch niet zo zijn dat wij gemeenten gaan verbieden om mensen onderdak te geven? Dat kan toch niet! Dit nog afgezien van de vraag of daarvoor een grond te vinden is in een wet, wat ik mij ernstig afvraag.

Minister Verdonk: Het beste bewijs dat ik ook niet wil dat mensen op straat komen te staan, is de facilitering die wij hebben opgebouwd bij het project Terugkeer. De periode van al die weken die wij daarbij aanhouden, is veel langer dan de normale periode. Wij zorgen voor maatwerk bij ieder individu. Als mensen echt terug willen naar het land van herkomst en als zij naar hun eigen ambassade gaan met die boodschap, levert dat nog in een klein aantal gevallen problemen op, maar in verreweg de meeste gevallen kunnen zij ook daadwerkelijk terugkeren.

Alleen de uitgesproken tekst geldt.
Labels
Bijdragen
Tineke Huizinga

« Terug

Reacties op 'Bijdrage spoeddebat over de status van asielzoekers die onder de oude wet vallen'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.

Archief > 2006 > juni