Esmé Wiegman: “Nederland is exporteur van elektriciteit, daarom worden op dit moment elektriciteitsnetwerken verzwaard en uitgebouwd. Nieuwe investeringen in Nederland zijn vooral gericht op export van stroom, terwijl de rekening bij de Nederlandse burgers en bedrijven komt te liggen. Het zijn met name de nieuwe kern- en kolencentrales die netverzwaringen eisen. Ik wil Nederlandse burgers en bedrijven ontlasten door energiebedrijven voor een deel mee te laten betalen.”

Er komt hiermee een prikkel voor producenten om niet lukraak centrales neer te zetten, waarbij burgers weer opdraaien voor het aanleggen van een netwerk. Dat effect zal niet nadelig uitpakken voor de consument: het vastrecht gaat iets omlaag, de elektriciteitsprijs misschien iets omhoog. We hebben bovendien een Noordwest-Europese markt, waar de prijs bepaald wordt. ECN berekende vorig jaar dat huishoudens en bedrijven in ieder geval op langere termijn kunnen profiteren.

In de wet staat een landelijk uniform producententarief (LUP), deze staat al jarenlang op 0%. Dat betekent dat afnemers (burgers en bedrijven) op dit moment 100% van de kosten voor transport en systeemdiensten ophoesten. Door het LUP te verhogen, komt de rekening deels bij energiecentrales te liggen. Decentrale opwekking, zoals WKK en zon-pv, worden niet geraakt, omdat het om afdracht aan TenneT gaat en niet aan regionale netbeheerders.