Bijdrage Cynthia Ortega-Martijn AO Armoedebeleid

woensdag 09 september 2009 10:00

Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): Voorzitter. Het staat buiten kijf dat door de neergaande economie gezinnen die al onder de armoedegrens leefden nog meer getroffen worden. Daarnaast komen er door de werkloosheid meer gezinnen bij die onder die grens leven. Eén op de tien Nederlanders leeft onder de armoedegrens. Volgens Eurostat heeft Nederland samen met Tsjechië het laagste percentage inwoners in de Europese Unie dat onder de armoedegrens leeft. Echter, voor een welvaartstaat als Nederland is dit percentage vrij hoog. Het bestrijden van de armoede heeft naast een maatschappelijk en moreel aspect ook een kostenbesparend effect. Gelukkig dat wij in Nederland talloze vrijwilligersorganisaties hebben waaronder kerken die zich hiervoor inzetten.

Het komt nog steeds voor dat mensen niet op de hoogte zijn van de verschillende voorzieningen of de bijzondere bijstand. Sommige gemeenten pakken dat prima op door mensen zelf op te zoeken en regels te versoepelen. Gemeenten kunnen van elkaar leren. Wat mij wel opvalt, is dat er meer en meer verschillen ontstaan tussen de gemeenten met betrekking tot het aanbod van voorzieningen. De staatssecretaris heeft beloofd dat zij dit zou onderzoeken. Hoe staat het hiermee? Hoe gaat het met de langdurigheidtoeslag? Vooral personen die niet in het cliëntenbestand van de sociale diensten voorkomen, blijken hiervan niet op de hoogte te zijn. Heeft de staatssecretaris er zicht op in welke mate hiervan gebruik wordt gemaakt en hoe hierover wordt gecommuniceerd? Kan de Kamer begin volgend jaar een eerste evaluatie ontvangen van één jaar decentralisatie langdurigheidtoeslag? Daarbij krijg ik ook graag inzicht in de doelgroepen die hiervan gebruik maken en het bedrag dat is ingezet per gemeente.

Er zijn momenteel zoveel voorzieningen dat de fractie van de ChristenUnie zich begint af te vragen of het geen tijd wordt om de huidige bijstandsnorm tegen het licht te houden. Door de ontwikkelingen in onze samenleving zijn ook de basisbehoeften veranderd. Is de staatssecretaris bereid om te onderzoeken of het niet efficiënter en effectiever is om de bijstandsnorm aan te passen?

Naast het bestrijden van armoede moeten gemeenten ook inzetten op preventie. Op werkbezoek in Lelystad heb ik een mooi voorbeeld gezien van een integrale aanpak om ervoor te zorgen dat armoede niet van de ene op de andere generatie overgaat. Ik wil de staatssecretaris bij dezen het plan van aanpak aanbieden van de gemeente Lelystad.

Staatssecretaris Klijnsma: Dank u wel.

Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): Voorzitter. Hoe gaat de staatssecretaris stimuleren dat gemeenten meer preventief inzetten op het voorkomen van armoede? Is de staatssecretaris bereid een gedeelte van de financiële middelen voor armoedebestrijding te oormerken voor preventie?

Door een plotselinge inkomensval kunnen mensen in de schulden komen, waardoor zij snel in armoede kunnen vervallen. Ik heb anderhalf jaar geleden een motie ingediend, breed door de Kamer gesteund, om mensen een budgetteringscursus of financiële coach aan te bieden als zij te maken krijgen met zo'n plotselinge inkomensval. Op welke manier is deze motie uitgevoerd? Hoe wordt daar op dit moment gebruik van gemaakt?

Daarnaast is participatie het middel om armoede te doorbreken. Ik vraag de staatssecretaris om te onderzoeken of de bijverdienregeling niet tijdelijk, bijvoorbeeld voor de duur van het reces, uitgebreid kan worden. Graag een toezegging.

Eén op de acht kinderen in Nederland leeft in een huishouden dat moet rondkomen van een sociaal minimum. Deze kinderen worden geconfronteerd met problemen op verschillende terreinen: de sociaaleconomische ontwikkeling, onderwijs, gezondheid (bijvoorbeeld obesitas), huiselijk geweld, huisuitzettingen, etc. Wij moeten deze problemen zien te voorkomen door de kinderen uit hun sociaal isolement te halen. Nog steeds zijn er gemeenten die geen beleid hebben geformuleerd als het gaat om "Kinderen doen mee!". Ook hierbij zie ik in de aanpak en de hoogte van het bedrag forse verschillen. De fractie van de ChristenUnie is ervan overtuigd dat een aanpak, zoals de gemeente Lelystad die voorstaat, de samenleving op termijn rendement zal opleveren. Is de staatssecretaris bereid om te stimuleren dat gemeenten best practices met elkaar uitwisselen? Wil de staatsecretaris de regie hierin nemen? Ik stel voor om tweejaarlijks een soort stimuleringspremie uit te reiken, in ieder geval een incentive te geven aan de gemeente die zich het beste inzet om te verhinderen dat kinderen armoede erven. Graag een reactie.

Gemeenten moeten veel meer samenwerken met organisaties die expertise hebben op dit gebied. Een dergelijke organisatie is de Stichting Leergeld Nederland, met ongeveer 60 locaties. De doelstelling van deze stichting is om te verhinderen dat kinderen uit minimagezinnen ten gevolge van de armoede niet kunnen deelnemen aan het sociaal-maatschappelijk leven op en rond school. Gemeenten die gebruikmaken van de expertise van de stichting zijn zeer tevreden. Het is een vrijwilligersorganisatie die zich door middel van fondsenwerving en de inzet van vrijwilligers al jaren inzet voor deze doelgroep. Het maatschappelijke rendement van de gezamenlijke stichtingen, verenigd in de Stichting Leergeld Nederland, is vorig jaar onderzocht. Het blijkt dat een geïnvesteerde euro in de stichting de maatschappij tussen de €4,71 tot €6,28 aan meerwaarde oplevert. Dit betekent dat de investeringen in de stichting een zeer hoog maatschappelijk rendement opleveren.

De verschillende stichtingen Leergeld in Nederland hebben zich verenigd in een vereniging. Hierdoor is het mogelijk de effecten van de investeringen landelijk beter in beeld te brengen. Daartoe is een projectplan opgesteld, maar voor de uitvoering is €320.000 nodig. Ziet de staatssecretaris een mogelijkheid om de stichting eenmalig een subsidie te verstrekken van €150.000? Ook het rapport over het maatschappelijk rendement en het projectplan van de stichting Leergeld Nederland overhandig ik bij dezen graag aan de staatssecretaris.

Staatssecretaris Klijnsma: Dank u.

Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): Voorzitter. Ten slotte vraag ik aandacht voor de Wajongers. Het blijkt dat deze doelgroep buiten beeld blijft, terwijl die ook met armoede geconfronteerd wordt. Graag een toezegging van de staatssecretaris dat zij in overleg met het UWV gaat bekijken hoe ook deze groep bediend kan worden.

 

Labels
Bijdragen
Cynthia Ortega

« Terug

Archief > 2009 > september