Dagboek Afghanistan: De rauwe werkelijkheid komt zo wel heel dichtbij
zaterdag 14 juni 2003 16:32
Donderdag. Vanochtend sta ik op om 4 uur. Dat valt niet mee, want ik lag pas om halféén in bed. Het debat tussen de commissie Srebrenica en het parlement duurde tot ‘s avonds laat. Daarna moest ik nog mijn spullen pakken voor het werkbezoek naar Kirgizië en Afghanistan dat vandaag begint.
Tot gisteravond zeven uur had ik geen idee dat ik mee zou kunnen met de reis van de vaste Kamercommissie van defensie. Met de buitenlandse werkbezoeken kunnen maar een beperkt aantal Kamerleden mee en de ChristenUnie was deze keer niet aan de beurt. Door een zware griep van Mat Herben, kwam er een plaats vrij. Dankzij de flexibiliteit van mijn man, die vanuit Heerenveen op en neer naar Den Haag reed met o.a. mijn paspoort is het gelukt om alles nog klaar te krijgen voor vertrek.
Om vijf uur trek ik de deur van mijn appartement in Den Haag achter me dicht. Een uur later vertrekken we vanaf Rotterdam naar Kirgizië waar Nederland 6 F16’s heeft gestationeerd met piloten en grondpersoneel in het kader van EPAF (European Participating Air Forces). Dat is zes uur vliegen hier vandaan. We komen om zo’n 12 uur onze tijd aan, in Manas is het dan al 4 uur ‘s middags. De militairen komen van de luchtmachtbasis Leeuwarden. We zien op de basis in Manas, die alleen uit tenten bestaat, dan ook een aantal Friese vlaggen. Dat is voor Roland Kortenhorst(CDA) uit Joure en mij reden om samen op de foto te gaan voor een van die vlaggen. Naast Nederlanders zijn er ook Denen, Italianen en Amerikanen gestationeerd. Nederland ondersteunt de operatie Enduring Freedom met deze vredesmacht in Manas. De piloten vliegen in hun F16 tot boven Afghanistan, een aantal uren vliegen vanaf de basis, om daar luchtsteun te geven aan Amerikaanse militairen op de grond die in moeilijkheden verkeren. Dat is geen gemakkelijke taak. Vanuit de lucht is het moeilijk om een situatie goed in te schatten en te onderscheiden wie ‘vriend’ en wie ‘vijand’ is. Daarom zoekt de piloot contact met iemand op de grond, die hem precies aangeeft hoe de situatie is. Soms is de nadering van een F16, met veel kabaal, voldoende om de belagers te verjagen. Het gebeurt ook dat de piloot te laat op de plaats aankomt waar militairen aangevallen worden en alleen nog doden aantreft. Voor de piloot, alleen in zijn vliegtuig, is dat niet gemakkelijk. De Kamerleden, Nebahat Albayrak (PvdA), Angelien Eijsink (PvdA), Hans van Baalen (VVD), Roland Kortenhorst (CDA) en ik, krijgen een goede indruk van de situatie in Kirgizië. Er wordt een uitgebreide uitleg gegeven over de wapens op een F16, over de gang van zaken op de basis, de verhouding tussen de Nederlanders en het Amerikaanse opperbevel en uiteindelijk zitten we zelfs even in de cockpit van een F16. Na het eten maak ik kennis met een aantal militairen. De sfeer op de basis in Manas is goed, hoor ik van verschillende kanten. De geestelijk verzorger laat mij de kerk, ook in een tent, zien. Bovenop staat een verlicht kruis van tl-buizen. ’s Nachts om een uur of 12 vind ik het tijd om naar bed te gaan. Ik bel mijn man nog even op om welterusten te zeggen en ben verbaasd dat mijn jongste dochter nog gewoon de telefoon opneemt. ‘Lig jij nog niet in bed om 12 uur ’s nachts’, zeg ik. Verontwaardigd reageert ze dat zij om acht uur nog niet naar bed gaat. Ben ik toch helemaal het tijdsverschil vergeten.
Vrijdag. De wekker loopt om 5 uur af. We moeten vroeg vertrekken om op tijd in Kabul, de hoofdstad van Afghanistan aan te komen. We bezoeken daar de Nederlandse vredesmacht die in het kader van ISAF (International Security Assistence Force) gelegerd is in Kabul. Na een hartelijk afscheid vertrekken we met het vliegtuig naar Termez, een Duitse basis. Daar stappen we over in een militair vrachtvliegtuig dat naar Kabul vliegt. Het is inmiddels zo’n 9 uur maar hier moet de klok een uur teruggezet worden. Bij aankomst in Kabul is het weer 9 uur, maar ook nu moet de klok teruggezet worden, een half uur dit keer. Het lijkt of er geen eind aan de ochtend komt. De aankomst op de luchthaven van Kabul is heel anders dan de aankomst gisteren. Hier lopen veiligheidsmensen met het geweer in de aanslag naast ons. Ook op het gebouw van het vliegveld zie ik militairen achter zandzakken staan, die de omgeving goed in de gaten houden. De sfeer is niet grimmig, maar wel heel alert. In de bus waarmee we naar het hoofdkwartier van ISAF worden gebracht, liggen kogelvrije vesten en flessen water voor ons klaar. Vanwege het klimaat en de hoogte is het belangrijk om veel te drinken, de kogelvrije vesten spreken voor zich. Ondanks de enorme hitte trekken we ze zonder morren aan. De rit door Kabul vind ik een belevenis. Overal zie je mensen, heel veel mannen en een enkele vrouw gekleed in een burka. Kleine winkeltjes in containers, huizen in containers, kapotgeschoten muren en heel veel naar ons zwaaiende kinderen. Wij vallen dan ook wel op met één auto van de militaire politie voor onze bus en drie erachter. Later op de dag horen wij ook dat de bevolking in Kabul ISAF goed gezind is. ISAF is in Kabul om de Afghaanse interim regering te beveiligen. Om zo Afghanistan de kans te geven rust en stabiliteit te vinden. De ISAF-militairen krijgen veel tips binnen van de bevolking om ze te waarschuwen voor aanslagen of te wijzen op een wapendepot. Het is relatief maar een kleine groep die het vredesproces in Afghanistan wil verstoren, maar deze fanatici kunnen wel veel kwaad doen.
Ook vandaag krijgen wij heel veel informatie en zien en spreken wij veel militairen. Ook hier is de sfeer goed. Vanaf het hoofdkwartier rijden wij door Kabul naar Camp Warehouse, waar we de Duitse commandant van ISAF ontmoeten en gezellig barbecuen met een aantal militairen. De dag eindigt op het hoofdkwartier in ‘café Kaboel’. Een aantal militairen laat mij de muur vol gaten zien op de plaats waar 31 maart een raket ontplofte, gevuld met schroot. Dat is het laatste incident tot nu toe geweest, vertellen ze mij. Rond 11 uur ga ik op zoek naar mijn bed, niet alleen, want het is moeilijk om de weg te vinden tussen al die containers met slaapplaatsen of kantoren. Een vriendelijke militair brengt mij tot voor de deur van ‘mijn’ container.
Zaterdag. Na een bezoek aan het ISAF hospitaal, vlakbij het vliegveld, zullen we vertrekken naar Termez en vandaar terug naar Rotterdam. Onderweg naar het hospitaal, in de bus met de voor ons inmiddels al vertrouwde scherfvesten, komen we een rij gepantserde rode kruisvoertuigen tegen. De gezichten van de militairen in de bus betrekken. Hier is iets aan de hand. Bij het hospitaal horen we dat er een aanslag is gepleegd op een andere ISAF bus, ook onderweg naar het vliegveld. De bus was vol Duitse militairen die hun tijd erop hebben zitten en weer terug naar huis zouden gaan. Vier doden en heel veel gewonden. Zo komt de rauwe werkelijkheid heel dichtbij. In het hospitaal wordt alles klaar gemaakt om de slachtoffers op te vangen. Wij wachten op het vliegveld op ons vliegtuig. Strakke gezichten bij de militairen en bij ons. Op een militaire telefoon, mijn mobiel werkt niet in Kabul, bel ik naar huis: met mij is alles goed.
De terugreis duurt lang. We zijn moe en aangeslagen. In het vliegtuig lees ik de brief van de regering over het besluit om een bijdrage te leveren aan de stabilisatiemacht in Irak. Daar moet het parlement volgende week over spreken.
’s Avonds om kwart over tien Nederlandse tijd ben ik weer in Heerenveen. Mijn oudste dochter vertelt mij over haar belevenissen tijdens haar werkweek in Duitsland. Luisterend naar haar enthousiaste verhalen val ik in slaap.
Zondag. Eerste Pinksterdag. Toch maar naar de kerk vanochtend, ondanks de intensieve reis van de afgelopen dagen. Mijn gedachten cirkelen rond de slachtoffers van de aanslag. Hun dood had alles te maken met de missie waarmee ze naar Kabul gingen: het mogelijk maken van een stabiel en democratisch Afghanistan. Zij brengen een ongelooflijk groot offer, door daar hun leven voor te geven. Zij niet alleen, ook hun gezinnen en familie brengen dat offer. Van de preek hoor ik niet zoveel. Het gebed voor de uitgezonden militairen en voor vrede en rechtvaardigheid op de hele wereld bid ik van harte mee.
Maandag. Tweede pinksterdag. Uitrusten en ’s avonds weer aan het werk. Er zijn veel e-mails te lezen en te beantwoorden. André Rouvoet vraagt om feedback op zijn speech voor komende woensdag, wanneer de regeringsverklaring in de Tweede Kamer aan de orde komt.
Dinsdag. Vandaag op werkbezoek naar Utrecht. Wij worden ontvangen door de NS, Prorail en Rover. Een dag met veel informatie over het spoor. Onze beleidsmedewerker gaat ook mee, ik ontmoet hem in Amersfoort, het laatste stuk reizen wij samen. De trein rijdt precies op tijd, dit keer. Zo’n bezoek is meestal verhelderend, dat geldt ook vandaag. Dat de problemen met het op tijd rijden van de treinen niet zomaar voorbij zijn, wordt wel duidelijk. ’s Avonds weer naar Heerenveen. Ook deze avond is er na thuiskomst nog werk te doen.
Woensdag. Het debat met het nieuwe kabinet over de regeringsverklaring. Voorafgaand aan dat debat is er nog een procedurevergadering van Buitenlandse Zaken. Onderwerp is de besluitvorming rond de stabilisatiemacht naar Irak. Ik pleit, met anderen, voor een hoorzitting voorafgaand aan het overleg. Zodat de Tweede Kamer zo goed mogelijk geïnformeerd is over de toestand en de risico’s in het gebied waar de Nederlandse militairen naar toe gaan. Dat hoort bij de zorgvuldigheid die hoort bij zo’n belangrijk besluit. Militairen zijn bereid om hun leven op het spel te zetten. Als Tweede Kamer moeten wij overwegen of wij het goed en verantwoord vinden om die inzet van hen te vragen.
Na het eerste gedeelte van het debat over de regeringsverklaring en na nog werk gedaan te hebben op mijn kamer, stap ik om halftwaalf ’s avonds mijn appartement in Den Haag weer binnen. Precies een week geleden vertrok ik van hier voor mijn reis naar Kirgizië en Afghanistan. De wekker staat nog op 4 uur, die verzet ik. Morgenochtend gewoon weer om 8 uur opstaan.
Bron: Friesch Dagblad
Tot gisteravond zeven uur had ik geen idee dat ik mee zou kunnen met de reis van de vaste Kamercommissie van defensie. Met de buitenlandse werkbezoeken kunnen maar een beperkt aantal Kamerleden mee en de ChristenUnie was deze keer niet aan de beurt. Door een zware griep van Mat Herben, kwam er een plaats vrij. Dankzij de flexibiliteit van mijn man, die vanuit Heerenveen op en neer naar Den Haag reed met o.a. mijn paspoort is het gelukt om alles nog klaar te krijgen voor vertrek.
Om vijf uur trek ik de deur van mijn appartement in Den Haag achter me dicht. Een uur later vertrekken we vanaf Rotterdam naar Kirgizië waar Nederland 6 F16’s heeft gestationeerd met piloten en grondpersoneel in het kader van EPAF (European Participating Air Forces). Dat is zes uur vliegen hier vandaan. We komen om zo’n 12 uur onze tijd aan, in Manas is het dan al 4 uur ‘s middags. De militairen komen van de luchtmachtbasis Leeuwarden. We zien op de basis in Manas, die alleen uit tenten bestaat, dan ook een aantal Friese vlaggen. Dat is voor Roland Kortenhorst(CDA) uit Joure en mij reden om samen op de foto te gaan voor een van die vlaggen. Naast Nederlanders zijn er ook Denen, Italianen en Amerikanen gestationeerd. Nederland ondersteunt de operatie Enduring Freedom met deze vredesmacht in Manas. De piloten vliegen in hun F16 tot boven Afghanistan, een aantal uren vliegen vanaf de basis, om daar luchtsteun te geven aan Amerikaanse militairen op de grond die in moeilijkheden verkeren. Dat is geen gemakkelijke taak. Vanuit de lucht is het moeilijk om een situatie goed in te schatten en te onderscheiden wie ‘vriend’ en wie ‘vijand’ is. Daarom zoekt de piloot contact met iemand op de grond, die hem precies aangeeft hoe de situatie is. Soms is de nadering van een F16, met veel kabaal, voldoende om de belagers te verjagen. Het gebeurt ook dat de piloot te laat op de plaats aankomt waar militairen aangevallen worden en alleen nog doden aantreft. Voor de piloot, alleen in zijn vliegtuig, is dat niet gemakkelijk. De Kamerleden, Nebahat Albayrak (PvdA), Angelien Eijsink (PvdA), Hans van Baalen (VVD), Roland Kortenhorst (CDA) en ik, krijgen een goede indruk van de situatie in Kirgizië. Er wordt een uitgebreide uitleg gegeven over de wapens op een F16, over de gang van zaken op de basis, de verhouding tussen de Nederlanders en het Amerikaanse opperbevel en uiteindelijk zitten we zelfs even in de cockpit van een F16. Na het eten maak ik kennis met een aantal militairen. De sfeer op de basis in Manas is goed, hoor ik van verschillende kanten. De geestelijk verzorger laat mij de kerk, ook in een tent, zien. Bovenop staat een verlicht kruis van tl-buizen. ’s Nachts om een uur of 12 vind ik het tijd om naar bed te gaan. Ik bel mijn man nog even op om welterusten te zeggen en ben verbaasd dat mijn jongste dochter nog gewoon de telefoon opneemt. ‘Lig jij nog niet in bed om 12 uur ’s nachts’, zeg ik. Verontwaardigd reageert ze dat zij om acht uur nog niet naar bed gaat. Ben ik toch helemaal het tijdsverschil vergeten.
Vrijdag. De wekker loopt om 5 uur af. We moeten vroeg vertrekken om op tijd in Kabul, de hoofdstad van Afghanistan aan te komen. We bezoeken daar de Nederlandse vredesmacht die in het kader van ISAF (International Security Assistence Force) gelegerd is in Kabul. Na een hartelijk afscheid vertrekken we met het vliegtuig naar Termez, een Duitse basis. Daar stappen we over in een militair vrachtvliegtuig dat naar Kabul vliegt. Het is inmiddels zo’n 9 uur maar hier moet de klok een uur teruggezet worden. Bij aankomst in Kabul is het weer 9 uur, maar ook nu moet de klok teruggezet worden, een half uur dit keer. Het lijkt of er geen eind aan de ochtend komt. De aankomst op de luchthaven van Kabul is heel anders dan de aankomst gisteren. Hier lopen veiligheidsmensen met het geweer in de aanslag naast ons. Ook op het gebouw van het vliegveld zie ik militairen achter zandzakken staan, die de omgeving goed in de gaten houden. De sfeer is niet grimmig, maar wel heel alert. In de bus waarmee we naar het hoofdkwartier van ISAF worden gebracht, liggen kogelvrije vesten en flessen water voor ons klaar. Vanwege het klimaat en de hoogte is het belangrijk om veel te drinken, de kogelvrije vesten spreken voor zich. Ondanks de enorme hitte trekken we ze zonder morren aan. De rit door Kabul vind ik een belevenis. Overal zie je mensen, heel veel mannen en een enkele vrouw gekleed in een burka. Kleine winkeltjes in containers, huizen in containers, kapotgeschoten muren en heel veel naar ons zwaaiende kinderen. Wij vallen dan ook wel op met één auto van de militaire politie voor onze bus en drie erachter. Later op de dag horen wij ook dat de bevolking in Kabul ISAF goed gezind is. ISAF is in Kabul om de Afghaanse interim regering te beveiligen. Om zo Afghanistan de kans te geven rust en stabiliteit te vinden. De ISAF-militairen krijgen veel tips binnen van de bevolking om ze te waarschuwen voor aanslagen of te wijzen op een wapendepot. Het is relatief maar een kleine groep die het vredesproces in Afghanistan wil verstoren, maar deze fanatici kunnen wel veel kwaad doen.
Ook vandaag krijgen wij heel veel informatie en zien en spreken wij veel militairen. Ook hier is de sfeer goed. Vanaf het hoofdkwartier rijden wij door Kabul naar Camp Warehouse, waar we de Duitse commandant van ISAF ontmoeten en gezellig barbecuen met een aantal militairen. De dag eindigt op het hoofdkwartier in ‘café Kaboel’. Een aantal militairen laat mij de muur vol gaten zien op de plaats waar 31 maart een raket ontplofte, gevuld met schroot. Dat is het laatste incident tot nu toe geweest, vertellen ze mij. Rond 11 uur ga ik op zoek naar mijn bed, niet alleen, want het is moeilijk om de weg te vinden tussen al die containers met slaapplaatsen of kantoren. Een vriendelijke militair brengt mij tot voor de deur van ‘mijn’ container.
Zaterdag. Na een bezoek aan het ISAF hospitaal, vlakbij het vliegveld, zullen we vertrekken naar Termez en vandaar terug naar Rotterdam. Onderweg naar het hospitaal, in de bus met de voor ons inmiddels al vertrouwde scherfvesten, komen we een rij gepantserde rode kruisvoertuigen tegen. De gezichten van de militairen in de bus betrekken. Hier is iets aan de hand. Bij het hospitaal horen we dat er een aanslag is gepleegd op een andere ISAF bus, ook onderweg naar het vliegveld. De bus was vol Duitse militairen die hun tijd erop hebben zitten en weer terug naar huis zouden gaan. Vier doden en heel veel gewonden. Zo komt de rauwe werkelijkheid heel dichtbij. In het hospitaal wordt alles klaar gemaakt om de slachtoffers op te vangen. Wij wachten op het vliegveld op ons vliegtuig. Strakke gezichten bij de militairen en bij ons. Op een militaire telefoon, mijn mobiel werkt niet in Kabul, bel ik naar huis: met mij is alles goed.
De terugreis duurt lang. We zijn moe en aangeslagen. In het vliegtuig lees ik de brief van de regering over het besluit om een bijdrage te leveren aan de stabilisatiemacht in Irak. Daar moet het parlement volgende week over spreken.
’s Avonds om kwart over tien Nederlandse tijd ben ik weer in Heerenveen. Mijn oudste dochter vertelt mij over haar belevenissen tijdens haar werkweek in Duitsland. Luisterend naar haar enthousiaste verhalen val ik in slaap.
Zondag. Eerste Pinksterdag. Toch maar naar de kerk vanochtend, ondanks de intensieve reis van de afgelopen dagen. Mijn gedachten cirkelen rond de slachtoffers van de aanslag. Hun dood had alles te maken met de missie waarmee ze naar Kabul gingen: het mogelijk maken van een stabiel en democratisch Afghanistan. Zij brengen een ongelooflijk groot offer, door daar hun leven voor te geven. Zij niet alleen, ook hun gezinnen en familie brengen dat offer. Van de preek hoor ik niet zoveel. Het gebed voor de uitgezonden militairen en voor vrede en rechtvaardigheid op de hele wereld bid ik van harte mee.
Maandag. Tweede pinksterdag. Uitrusten en ’s avonds weer aan het werk. Er zijn veel e-mails te lezen en te beantwoorden. André Rouvoet vraagt om feedback op zijn speech voor komende woensdag, wanneer de regeringsverklaring in de Tweede Kamer aan de orde komt.
Dinsdag. Vandaag op werkbezoek naar Utrecht. Wij worden ontvangen door de NS, Prorail en Rover. Een dag met veel informatie over het spoor. Onze beleidsmedewerker gaat ook mee, ik ontmoet hem in Amersfoort, het laatste stuk reizen wij samen. De trein rijdt precies op tijd, dit keer. Zo’n bezoek is meestal verhelderend, dat geldt ook vandaag. Dat de problemen met het op tijd rijden van de treinen niet zomaar voorbij zijn, wordt wel duidelijk. ’s Avonds weer naar Heerenveen. Ook deze avond is er na thuiskomst nog werk te doen.
Woensdag. Het debat met het nieuwe kabinet over de regeringsverklaring. Voorafgaand aan dat debat is er nog een procedurevergadering van Buitenlandse Zaken. Onderwerp is de besluitvorming rond de stabilisatiemacht naar Irak. Ik pleit, met anderen, voor een hoorzitting voorafgaand aan het overleg. Zodat de Tweede Kamer zo goed mogelijk geïnformeerd is over de toestand en de risico’s in het gebied waar de Nederlandse militairen naar toe gaan. Dat hoort bij de zorgvuldigheid die hoort bij zo’n belangrijk besluit. Militairen zijn bereid om hun leven op het spel te zetten. Als Tweede Kamer moeten wij overwegen of wij het goed en verantwoord vinden om die inzet van hen te vragen.
Na het eerste gedeelte van het debat over de regeringsverklaring en na nog werk gedaan te hebben op mijn kamer, stap ik om halftwaalf ’s avonds mijn appartement in Den Haag weer binnen. Precies een week geleden vertrok ik van hier voor mijn reis naar Kirgizië en Afghanistan. De wekker staat nog op 4 uur, die verzet ik. Morgenochtend gewoon weer om 8 uur opstaan.
Bron: Friesch Dagblad
- Labels
- Opinie
- Tineke Huizinga
Archief > 2003 > juni
- 28-06-2003 28-06-2003 11:21 - Geloofwaardigheid en betrouwbaarheid van overheid staan op het spel, aldus Arie Slob
- 26-06-2003 26-06-2003 23:57 - ChristenUnie dient 'Motie van treurnis' in tegen minister Remkes
- 26-06-2003 26-06-2003 12:53 - Vragen over het gevangen nemen en martelen van leden en voorgangers van van de Zuid China Kerk
- 26-06-2003 26-06-2003 12:29 - Geen bezuiniging budget ontwikkelingssamenwerking
- 25-06-2003 25-06-2003 16:29 - Amendement begroting budget ontwikkelingssamenwerking
- 23-06-2003 23-06-2003 22:53 - Vragen over tocht naar Polen van schip Women on Waves
- 23-06-2003 23-06-2003 11:03 - Antisemitisme moet worden aangepakt!
- 21-06-2003 21-06-2003 16:35 - Column Friesch Dagblad: Nederland kan nu niet de andere kant opkijken
- 20-06-2003 20-06-2003 22:12 - Arie Slob in Netwerk over bouwfraude
- 19-06-2003 19-06-2003 15:31 - Vragen over godsdienstvrijheid Turkmenistan
- 19-06-2003 19-06-2003 14:41 - Debat wetsvoorstel Kiezen op Afstand
- 18-06-2003 18-06-2003 15:12 - Bijdrage debat Srebenica
- 18-06-2003 18-06-2003 14:37 - Bijdrage debat initiatiefwetsvoorstel Dijksma (PvdA)
- 18-06-2003 18-06-2003 12:39 - Inhoud rapport C2000 is ontoelaatbaar
- 17-06-2003 17-06-2003 22:13 - Vragen over rapport Human Rights Watch inzake Rwanda
- 17-06-2003 17-06-2003 16:49 - Vragen over de mogelijke inzet van criminele burgerinfiltranten
- 17-06-2003 17-06-2003 14:47 - Europese grondwet verdient wellicht een referendum
- 16-06-2003 16-06-2003 14:35 - Bijdrage WGO Onderzoeksraad Veiligheid
- 14-06-2003 14-06-2003 16:32 - Dagboek Afghanistan: De rauwe werkelijkheid komt zo wel heel dichtbij
- 12-06-2003 12-06-2003 10:52 - Aanbieding boek Dienstbare overheid aan kabinet
- 11-06-2003 11-06-2003 15:31 - Bijdrage debat Regeringsverklaring
- 10-06-2003 10-06-2003 23:59 - Wat zou er anders geweest zijn…?
- 10-06-2003 10-06-2003 21:53 - ChristenUnie sluit steun aan referendum over Europese Grondwet niet uit
- 10-06-2003 10-06-2003 21:50 - Bijdrage debat Europese Conventie
- 10-06-2003 10-06-2003 16:19 - Dossier: Waarden en normen
- 05-06-2003 05-06-2003 20:36 - Algemeen Overleg Mid Term Review (LNV)
- 05-06-2003 05-06-2003 13:41 - Gedoogsteun is niet te koop
- 03-06-2003 03-06-2003 17:25 - Bijdrage debat Enquête Srebrenica
- 03-06-2003 03-06-2003 17:24 - Kabinet ging inhoudelijke reactie uit de weg
- 03-06-2003 03-06-2003 15:55 - Vragen over Benoemingen Eindhoven en Brabant
Reacties op 'Dagboek Afghanistan: De rauwe werkelijkheid komt zo wel heel dichtbij'
Geen berichten gevonden
Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.