Bijdrage debat Schuldhulpverlening

donderdag 16 december 2004 15:27

Tineke Huizinga-Heringa: Mijnheer de voorzitter. Wij hebben over de schuldhulpverlening uitgebreid gedebatteerd. Ik heb daarom niet veel op te merken. Ik heb slechts twee vragen. De staatssecretaris heeft toegezegd een brief te schrijven over de stand van zaken rond de schuldenregistratie bij het BKR in Tiel. Ik vraag de staatssecretaris naar de termijn waarop wij die brief zullen ontvangen. Hetzelfde geldt voor een toegezegde brief over de mogelijkheid een moratorium in te stellen voordat wordt overgegaan tot huisuitzetting. Ik vraag de staatssecretaris wanneer deze brief de Kamer zal bereiken.

Ik dien twee moties in. Zij spreken voor zichzelf.
 
 
Motie
 
De Kamer,
 
gehoord de beraadslaging,
 
overwegende, dat
 
- vier ministeries (Financiën, Economische Zaken, Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Justitie) verantwoordelijk zijn voor het beleid betreffende schuldhulpverlening;
- de afstemming tussen deze ministeries te wensen overlaat, wat onder andere blijkt uit het feit dat het ene ministerie nauwelijks zicht heeft op wat het andere ministerie op dit beleidsdossier doet;
- voldoende afstemming en een integrale aanpak van de schuldenproblematiek noodzakelijk is voor het realiseren van een verlaging van het aantal huishoudens met problematische schulden;
 
verzoekt de regering een plan van aanpak op te stellen, op grond waarvan een goede afstem-ming tussen bij schuldhulpverlening betrokken ministeries en daarmee samenhangend een integrale aanpak van de schuldhulpverlening is gewaarborgd en dit aan de Kamer te zenden,
 
en gaat over tot de orde van de dag.
 
De voorzitter: Deze motie is voorgesteld door de leden Huizinga-Heringa, Koomen, Noorman-den Uyl en Van Gent. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund. Zij krijgt nr. 63 (24515).
 
 
 
 
 
Motie
 
 
De Kamer,
 
gehoord de beraadslaging,
 
overwegende, dat
 
- de Kamer al herhaaldelijk heeft uitgesproken dat het wenselijk is dat bonafide private schuldhulpverleners in staat worden gesteld hun maatschappelijke taak te vervullen;
- de regering in 2002 heeft aangegeven zich te willen inzetten voor een verkenning naar certificering van minnelijke schuldhulpverlening;
- nog altijd geen concrete resultaten zijn bereikt met betrekking tot deze certificering;
 
spreekt uit dat de inspanningen van de regering en andere actoren in de sector gericht dienen te zijn op certificering van minnelijke schuldhulpverlening voor 1 juli 2005,
 
en gaat over tot de orde van de dag.
 
De voorzitter: Deze motie is voorgesteld door de leden Huizinga-Heringa, Koomen en Van Gent. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund. Zij krijgt nr. 64 (24515).
Labels
Bijdragen

« Terug

Reacties op 'Bijdrage debat Schuldhulpverlening'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.

Archief > 2004 > december