Bijdrage Carla Dik-Faber aan het plenair debat over een mogelijk verbod op pulsvisserij

donderdag 21 februari 2019 00:00

Bijdrage Carla Dik-Faber aan een plenair debat met minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Kamerstuknr. 32201

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Dank u wel, voorzitter. Vorige week liepen ze door het centrum van Den Haag en waren ze hier in de Tweede Kamer: de vissers, hun vrouwen en hun kinderen. Ze hadden spandoeken bij zich: pulsvissen is klimaatvissen. Ik zie een aantal van hen vandaag ook weer op de tribune zitten. Intussen kennen we de uitkomst van de politieke trialoog: een verbod op de pulsvisserij met nog veel onduidelijkheid over de overgangsperiode. Deze uitkomst blijft, hoewel niet onverwachts, een zware teleurstelling en een bittere pil om te slikken. Een mooie, duurzame vistechniek wordt onmogelijk gemaakt. Onze visserijsector wordt een zware slag toegebracht en het is ook echt een moeilijke en onzekere tijd voor de vissers en hun gezinnen; een drama.

Voorzitter. Het is belangrijk dat er zo snel mogelijk duidelijkheid komt voor de individuele visser over de gevolgen van dit verbod en over de precieze overgangstermijn. Wil de minister zich inzetten om zo veel mogelijk vergunningen overeind te houden in de transitieperiode? Er ligt pas een definitieve tekst als zowel de Europese Raad als het Europees Parlement hebben gestemd over de verordening. Het proces is dus nog niet afgerond en de wedstrijd is nog niet gespeeld. Ik weet zeker dat de minister zal blijven knokken voor onze vissers in Europa.

Voorzitter. In het voorstel van de Europese Commissie van maart 2016 werd de pulskorvisserij als vistechniek toegestaan. De Europese Commissie was dus duidelijk voorstander van deze techniek. Vergunningen voor het pulsvissen zijn ook steeds afgegeven met instemming van de Europese Commissie. Heeft de minister een verklaring voor de scherpe draai die de Europese Commissie heeft gemaakt?

Ik zie een interruptie, voorzitter.

De voorzitter:
Ik ook. De heer Madlener.

De heer Madlener (PVV):
Mevrouw Dik zegt dat ze zeker weet dat de minister haar best doet, maar de minister weet nog niet eens wat er uit het overleg komt. Hoe kan het dat uw eigen minister niet eens weet wat er is afgesproken? Vorige week hoorden we dat de helft van de vissers mocht blijven vissen en nu blijkt dat weer anders te zijn. De minister weet het niet. Ze weet niet wat er wordt onderhandeld in Brussel. We zitten daar zelf aan tafel. Hoe kan dat?

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Ik weet heel erg zeker dat deze minister knokt voor onze vissers in Europa. Dat vertrouwelijke rapporten niet in Kamerbrieven geciteerd worden, lijkt me alleszins wijs. Als we dat wel zouden doen, zou dat volgens mij ook niet in het belang van de vissers zijn. Er wordt nog gesproken en er vindt nog besluitvorming plaats. Daarna komt de documentatie naar buiten.

De heer Madlener (PVV):
Er is besluitvorming geweest. De minister heeft de teksten nog niet. De minister weet niet eens wat er is besloten in Brussel terwijl Nederland aan tafel zit. De minister komt met de verkeerde informatie naar de Kamer. De minister heeft negen maanden af zitten wachten om te horen dat meneer Veerman totaal niets klaarspeelde. En u noemt dat je best doen? Dat is toch belachelijk? Het is toch te gek dat een Nederlandse minister niet weet wat er in Brussel gebeurt op haar eigen dossier?

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Deze minister weet ontzettend goed wat er in Brussel gebeurt en ze zit erbovenop. Ik zie hier een partij die vanaf de zijlijn staat te roeptoeteren dat het allemaal niet goed is. Ik zie een partij die in Europa geen enkele verantwoordelijkheid neemt en zelfs zegt: hoepel maar op met je Europa. Alsof dat in het belang van de vissers is! Het is zo makkelijk om vanaf de zijlijn te roepen. De PVV speelt helemaal niks klaar, helemaal niks voor onze vissers.

De voorzitter:
Gaat u verder.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Voorzitter. Ook als een verbod definitief wordt, moet Nederland zich blijven inzetten om andere Europese landen te overtuigen van de voordelen van de pulskor. Er loopt immers onderzoek tot 2020 en pas dan zou definitief worden vastgesteld of pulsvissen wel of niet duurzaam is. Wat dat betreft komt het verbod ontijdig. Welke onderzoeken lopen nog en welke vissers kunnen daaraan meedoen? Klopt het dat de Europese Commissie in 2020 nog moet rapporteren over de voortgang van het visserijbeleid, mede op basis van het lopende onderzoek, zodat die onderzoeken dan ook weer op tafel liggen? Is er dan ook een mogelijkheid voor nieuwe voorstellen van de Commissie?

Voorzitter. We zien de mogelijkheid die het akkoord biedt voor wetenschappelijk praktijkonderzoek als een manier om pulsvisserij te blijven promoten als duurzame innovatie in de visserij. Onderzoek doen in internationaal verband kan voor meer draagvlak zorgen bij andere Europese landen. Is de minister bereid om te onderzoeken of en hoe dit internationale onderzoek vormgegeven kan worden?

Voorzitter. Er is veel concurrentie bij het delen van de zee. Dat is onderdeel geworden van een politiek spel. Sterker nog, in het akkoord staat dat de lidstaten hun wateren kunnen sluiten voor de pulsvissers. Het is daarom belangrijk dat het gesprek op gang komt tussen de verschillende landen en tussen hun vissers over hoe ze beter rekening met elkaar kunnen houden om in de toekomst pulsvisserij wellicht weer mogelijk te maken en te voorkomen dat andere innovaties van de Nederlandse visserijsector door dezelfde concurrentiestrijd onmogelijk worden gemaakt. Kan de minister hierin het voortouw nemen en het internationale gesprek organiseren tussen de landen en hun visserijsectoren, ook met het oog op het nieuwe gemeenschappelijk visserijbeleid?

Voorzitter. Ik denk dat het goed is om te blijven strijden voor de pulsvissers. Het is moeilijk uit te leggen dat de visserijsector weer moet innoveren nu juist deze grote innovatie van het pulsvissen onderuit wordt gehaald. Het is een beroerd besluit, maar we moeten ook vooruitkijken en blijven werken aan toekomstperspectief voor onze vissers. Wij zijn daarom blij met de vrijgekomen innovatiegelden en met het feit dat deze breed kunnen worden ingezet, omdat er boven op dit pulsverbod nog veel uitdagingen liggen voor de visserij.

Onze vissers hebben al veel stormen doorstaan. Laten we daarom schouder aan schouder staan om hen te helpen ook deze golven te overwinnen.

Dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Dik-Faber.

Meer informatie

Labels
Bijdragen
Carla Dik
Visserij

« Terug

Archief > 2019 > februari