Bijdrage Carola Schouten aan het algemeen overleg Armoede- en schuldenbeleid

donderdag 24 september 2015 00:00

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carola Schouten als lid van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan een algemeen overleg met staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Onderwerp:   Armoede- en schuldenbeleid

Kamerstuk:    24 515          

Datum:           24 september 2015

Mevrouw Schouten (ChristenUnie): Voorzitter. Ik ben in voorgaande AO's nog weleens fel geweest bij het stellen van vragen wat er nu allemaal op de dossiers gebeurt, maar ik wil nu eerst beginnen met een compliment. Ik ben blij dat er nu eindelijk duidelijkheid gaat komen over de vaststelling van de beslagvrije voet. Wij hebben daar vaak om gevraagd. Het is vaak ook een bron van armoede geweest dat die beslagvrije voet te laag werd vastgesteld, waardoor veel mensen te weinig leefgeld overhielden. Daarmee kwamen we eigenlijk van de regen in de drup. Het is dus goed dat de brief er nu ligt. Ik bedank de staatssecretaris daarvoor en ik ben ook heel blij dat het beslagregister eindelijk van start gaat. Daar hebben we eveneens al jaren om gevraagd. Het is nu eindelijk werkelijkheid. Het is een beetje verstopt in de brief, maar ik vind dat het wel even genoemd mag worden.

Vervolgens stopt mijn vreugde eigenlijk een beetje, want het respecteren van de beslagvrije voet door de Belastingdienst blijft een hoofdpijndossier. Wij hebben net voor de zomer met de staatssecretaris van Financiën daarover gesproken. Hij heeft ons een brief gestuurd naar aanleiding van een motie van collega Omtzigt en mij om te kijken of er op dat punt nog verbeteringen kunnen worden aangebracht. De staatssecretaris zegt dat er sprake moet zijn van een bredere herziening van de stelsels voordat we dat kunnen doen. Ik snap dat het ingewikkeld is, maar de gevolgen van deze systemen zijn ook heel groot. Heeft de staatssecretaris nu een stappenplan afgesproken met de staatssecretaris van Financiën, zodat duidelijk wordt hoe snel een en ander gaat lopen? Dat we het niet volgende week gerealiseerd hebben, oké, maar er moet wel druk op de ketel blijven. Er moet in dit dossier wel sprake zijn van voortgang. Is de staatssecretaris daarmee bezig? Als dat het geval is, hoor ik daar graag iets meer over.

Reporter Radio had afgelopen zondag een uitzending over de effectiviteit van de schuldhulpverlening. Ik weet niet of de staatssecretaris het gehoord heeft. Zo niet, dan is het wel goed om dat nog even terug te luisteren. Tijdens die uitzending ging het over de discussie hoe effectief we het nu met elkaar geregeld hebben. De gemeenten zijn verantwoordelijk geworden voor de schuldhulpverlening. We zien alleen dat een deel van de mensen met schulden gewoon niet bereikt wordt. Wethouders die in de uitzending aan het woord kwamen, gaven zelf ook aan dat het voor hen een groot probleem was. We hebben ook niet echt heel goed zicht op de redenen voor het uitvallen van mensen. Nu kunnen we zeggen dat het allemaal gemeentelijk beleid is, dat we daar niet naar hoeven te kijken en dat er een evaluatie wordt gehouden. Ik neem aan dat men inmiddels met die evaluatie gestart is, want de resultaten daarvan moeten volgend jaar bekend zijn. Als we nu al zo veel signalen horen dat er echt iets moet gebeuren, ook van de wethouders, dan zou ik niet willen wachten tot we volgend jaar wat meer cijfers hebben. Die signalen komen nu al naar boven. Ik hoop dat de staatssecretaris ook de urgentie voelt om met de gemeenten om de tafel te gaan zitten om te bekijken hoe ze dat kunnen verbeteren. Is de staatssecretaris daartoe bereid?

Ik kan me herinneren dat we hier een discussie hebben gevoerd over het jammerlijk niet doorgaan van het Landelijk Informatiesysteem Schulden (LIS). Het gaat daarbij in feite om een vroegsignalering van schulden. De staatssecretaris heeft destijds in reactie daarop aangegeven dat zij met de gemeenten om de tafel zou gaan om te bekijken hoe die vroegsignalering toch beter zou kunnen worden georganiseerd. Zij heeft zelfs gezegd: als daar middelen voor nodig zijn, zal ik daar ook nog naar kijken. En toen is er vervolgens een grote stilte ontstaan rondom dit onderwerp. Wat is er uiteindelijk uitgekomen en hoe is de staatssecretaris met de gemeenten aan de slag gegaan om die vroegsignalering beter te organiseren? Daarmee ondervang je het uit zicht raken van een deel van die mensen. Er zijn overal plukjes informatie over mensen die schulden hebben, bij de woningcorporaties, bij de energiebedrijven en noem maar op. Als we dat niet bij elkaar zien, weten we ook niet hoe groot het probleem is. Misschien kunnen we erger voorkomen. Wat is daaruit gekomen?

Ik wil toch ook weer aandacht vragen voor de toegang van zzp'ers tot de schuldhulpverlening. We hebben daar de vorige keer een hele discussie over gevoerd. Mogen die nu wel of niet bij de schuldhulpverlening komen? De staatssecretaris zou met de Nederlandse Vereniging voor Volkskrediet (NVVK) in gesprek gaan om te kijken wat daarbij de bottleneck is. Wat is daaruit gekomen? Wij blijven nog steeds geluiden horen dat zzp'ers geen toegang krijgen tot de schuldhulpverlening, terwijl dat een grote groep mensen betreft die problemen hebben.

De voorzitter: U zit op vierenhalve minuut. Kunt u afronden?

Mevrouw Schouten (ChristenUnie): Ik ga mijn best doen. Ik heb nog een rijtje met maatregelen waarover ik eigenlijk nog niet zo veel gehoord heb. Waar blijft de Rijksincassovisie? Ik noem de vragen van de Kamer over het ontwerp-vrijstellingsbesluit schuldbemiddelaars. Waar blijft het antwoord daarop? Ik vraag voorts aandacht voor het vervolgonderzoek over de bewindvoering en de kosten daarvan voor de gemeenten. Waar blijft dat onderzoek?

Ik heb ten slotte nog een punt over de incassobureaus. Ik ben samen met collega Yücel bezig met het voorkomen van wanpraktijken bij de incassobureaus. De Consumentenbond heeft een meldpunt geopend. Dat heeft resultaten opgeleverd. Heeft de staatssecretaris daar kennis van genomen en kan zij een reactie op de aanbevelingen van de Consumentenbond formuleren? Er kwam nog één concreet punt uit naar voren. Dat ging over het CJIB, over de constatering dat zaken daar soms niet goed gaan terwijl het een overheidsinstantie is. Ik noem een heel concreet punt: als je bijvoorbeeld betalingstermijnen wilt afspreken, is dat veel lastiger voor de wat kleinere bedragen, terwijl dat juist heel nuttig kan zijn om te voorkomen dat het probleem steeds groter wordt. Is de staatssecretaris bereid om ook met het CJIB te gaan bekijken hoe de praktijk van incasso verbeterd kan worden?

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

Labels
Bijdragen
Carola Schouten
Sociale Zaken

« Terug

Archief > 2015 > september