Bijdrage Esmé Wiegman Spoeddebat over de uitsprakenminister over uitstellen privatisering OV

donderdag 10 februari 2011 13:00

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie): Voorzitter. De ChristenUnie is voor goed openbaar vervoer. Vooral in de steden is dat een goed alternatief voor de auto. Het is ook noodzakelijk, anders slibben de binnensteden volledig dicht. In Frankrijk en Duitsland worden in veel steden tramnetten uit de grond gestampt. In Nederland wachten we nog steeds op de visie van de minister op het openbaar vervoer waar de Kamer al twee jaar geleden om heeft gevraagd. Waarom is die visie er nog niet? Ik denk dat het komt omdat deze minister geen geld heeft. Tijdens de coalitieonderhandelingen is er een dure rekenfout gemaakt. De minister heeft dit al een paar keer erkend. Waarom is de minister, toen zij dit constateerde, niet direct naar haar collega De Jager gegaan om dit op te lossen? Waarom laat de minister de reiziger en het personeel nu met het probleem zitten? Zelfs commerciële vervoerders zeggen dat de nu nog te behalen efficiencywinst maximaal zo'n 50 mln. is in plaats van 120 mln. Het probleem is nog veel groter, want ook de zogenaamde brede doeluitkering wordt gekort. Dat is nog eens 200 mln. waarvan een belangrijk deel door de grote steden moet worden opgebracht.

Je kunt niet wegbezuinigen wat al wegbezuinigd is. De minister moet nu tegen haar zin een soort bottebijlbezuiniging gaan verdedigen. De minister zegt dat het beeld dat er veel lijnen zullen verdwijnen niet klopt. Dat is echter nog niet aannemelijk gemaakt door de minister. Er zullen vast op minder drukke lijnen kleinere bussen kunnen worden ingezet. Er is ook vast nog wel te sleutelen aan de dienstregeling. De drie stadsvervoerders zouden kunnen samenwerken. Met dat soort maatregelen haal je echter geen 320 mln. binnen.

De minister gaat een verkenning doen naar mogelijke efficiencymaatregelen. Dat lijkt ons prima. De ChristenUnie-fractie wil echter dat zij eerst met duidelijke garanties aangeeft wat haar grenzen zijn. Welk kwaliteitsniveau zal het ov in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag gegarandeerd houden in termen van reistijd, lijnen, frequenties en zitplaatsen? Vervolgens moet op basis van deze kwaliteitscriteria worden getoetst of dit redelijkerwijs door de markt geboden kan worden met het beschikbare budget. Als dat niet kan, moet de minister terug naar het kabinet.

Het amendement van de ChristenUnie-fractie om de bezuinigingen op het ov in ieder geval voor 2011 terug te draaien, is bij de begrotingsbehandelingen verworpen. Ik vraag me af hoe de minister daar nu tegen aankijkt. Ik voorzie namelijk dat de minister de aanbesteding van het ov straks nog verder moet uitstellen. De grote steden moeten niet opgezadeld worden met een onmogelijke aanbestedingsopdracht. Dan schuift de minister haar problemen af op de grote gemeenten en uiteindelijk op de reiziger. De reiziger moest voor de minister toch voorop staan? De reiziger schiet niets op met de aangekondigde stakingen in het ov. Vanmorgen bedacht ik het volgende. Zouden die reizigers niet gewoon met hun declaraties bij de minister terechtkunnen? Het kan toch niet de bedoeling zijn dat de drie grote steden en hun vervoerders ook dit nog eens moeten bekostigen?

 

Labels
Bijdragen
Esmé Wiegman

« Terug

Archief > 2011 > februari