Column Centraal Weekblad: Thuisvoelen

donderdag 01 april 2004 09:11

Afgelopen zondag preekte een dominee in de kerkdienst over het thema ‘thuisvoelen’.
Als voorbeeld vertelde hij zijn ervaringen als jonge kandidaat die vanuit het Haagse naar Franeker kwam om daar dominee te worden. Natuurlijk, hij vond de Friese taal enorm leuk, maar het feit dat hij de mensen om hem heen maar met moeite verstond, maakte toch dat hij zich buitenstaander voelde.
Wanneer het om integratie gaat, denken wij al gauw aan allochtonen en aan de problemen die ontstaan wanneer mensen met een verschillende culturele achtergrond met elkaar moeten samenleven. Maar een verhuizing van het midden van ons land naar het noorden kan blijkbaar al integratieproblemen opleveren. Of een verhuizing vanuit de randstad naar de Veluwe. Dorpen in dit gebied hebben een toestroom van ouderen die hun laatste jaren in de mooie omgeving van Ermelo of Barneveld door willen brengen. Voor deze ‘westerlingen’ zijn hier en daar ook een soort van ‘inburgeringscursussen’ gestart, zo heb ik me laten vertellen. Het is geen overbodige luxe dat deze nieuwe Veluwenaren zich rekenschap geven van de nog steeds duidelijk merkbare saksische volksaard. Dat ze zich een beetje aanpassen en begrijpen hoe hun gedrag overkomt op de autochtone inwoners.

Bij integratie gaat het altijd over het probleem van ‘wij’ en ‘zij’. Iets wat anders is dan het gewone waaraan we gewend zijn, roept al gauw een zekere afkeer op, van beide kanten. Zowel de nieuwkomer als degene die vanouds thuis is in een streek, heeft moeite met het anders-zijn van de mensen in zijn omgeving. Er is een stroom boeken verschenen van buitenlanders die een tijd in Nederland hebben gewoond en nu de typische Nederlandse eigenaardigheden eens uit de doeken zullen doen. Bijna altijd zit in die beschrijvingen verborgen kritiek en ergernis besloten. Nederlanders kleden zich niet goed, voeden hun kinderen niet goed op en hebben geen manieren. Kortom: alles wat anders is dan thuis, is typisch Nederlands en eigenlijk ook een beetje raar.

Die kritiek kan heel ver gaan. Ik sprak eens met twee Amsterdammers in de diaspora, d.w.z. in Heerenveen, die mij in ernst verzekerden dat in Zuid Friesland veel inteelt plaatsvindt. ‘Hoe kan het anders dat de mensen in dit deel van het land zo ongelooflijk dom zijn?’, zo vroeg de vrouw van het echtpaar zich af. Het zal je als echtgenote van een geboren Heerenvener maar gezegd worden. Ik op mijn beurt, ergerde mij enorm aan het gemakkelijke etiket ‘dom’ dat deze mensen plakten op alles wat ze niet direct begrepen. 
Door de opmerkingen over domme Heerenveners ging ik me meer Fries voelen, dan ik tot dan toe ooit gedaan had. Ik kom tenslotte uit Amersfoort, al woon ik nu in Heerenveen en ook voor mij was Friesland nieuw.
Dat is vaker het effect van de oordelen over en weer. Uit een gevoel van belediging en miskenning graven mensen zich in een eigen identiteit in. Zo onstaan kampen in de samenleving die, in het slechtste geval, onderling geen contact hebben. Een voedingsbodem voor groot onbegrip en uiteindelijke escalatie. Tussen westerlingen en Veluwenaren kan het botsten maar tot een grote confrontatie komt het niet. Daarvoor hebben beiden te veel gemeenschappelijk. De ‘domme’ Amsterdamse dame is, nota bene, een zuster in de Heer. Wij zijn nog steeds ‘on speaking terms’.

Wanneer wij mensen met een andere cultuur het etiket ‘achterlijk’ of ‘fundamentalistisch’ opplakken, jagen we hen tegen ons in het harnas. Moslims die zo betiteld worden, zullen zich meer moslim voelen dan ooit tevoren. Zo kunnen kampen in de samenleving ontstaan die elkaar niet meer kunnen bereiken. Escalatie van een cultuurconflict is dan niet ver af meer. Omdat er te weinig is wat ons aan elkaar bindt en te veel wat ons scheidt.

Vandaar dat de ChristenUnie wil pleiten voor het concept van medeburgerschap. Autochtonen en allochtonen hebben een verantwoordelijkheid naar onze hele samenleving. Niet alleen naar de eigen groep. Voor witte Nederlanders betekent dat langsgaan bij de Turkse kapper en een praatje maken met de Vietnamese loempiaverkoper over zijn kinderen. Voor allochtonen betekent het aanpassing aan een andere cultuur, ongetwijfeld met vallen en opstaan. Met elkaar moeten we het onbegrip en het gemakkelijke oordeel te lijf. Dat klinkt misschien ‘soft’ maar dat is het niet. Het is met elkaar hard werken, allochtoon en autochtoon,  aan een leefbare samenleving. Het is betrokken zijn op de mensen in onze omgeving en vechten tegen onze natuurlijke neiging om ons te verzetten tegen alles wat ‘anders’ is.
Labels
Opinie
Tineke Huizinga

« Terug

Reacties op 'Column Centraal Weekblad: Thuisvoelen'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.

Archief > 2004 > april