Bijdrage Joël Voordewind algemeen overleg campussen

donderdag 02 december 2010 14:00

De heer Voordewind (ChristenUnie): Voorzitter. Er waren eerst meer dan tien pilots met campussen en nu hebben wij er negen over. Die doen allemaal mee in het onderzoek. Ik heb het voorrecht gehad om een aantal van die pilots te kunnen bezoeken en het proces te kunnen volgen de afgelopen drie jaar. Ik kijk reikhalzend uit naar de evaluatie, die bedoeld was om te bezien of deze campussen een meerwaarde hebben. Ik heb het onderzoeksrapport met veel belangstelling gelezen. Op grond van dit rapport en de brief van de bewindslieden concludeer ik dat de uitslagen vrij positief lijken. De campussen zijn succesvol: 79% van de deelnemers heeft er iets aan gehad, bijvoorbeeld een verbetering van de school- of werksituatie op korte en langere termijn, verbetering van de motivatie en de zelfdiscipline en een vermindering van delinquent gedrag.

Toen wij hierover spraken in de procedurevergadering, zei ik al dit niet het enige verhaal is en dat daarna nog veel meer komt. Dat haalde ik niet zozeer uit de brief van de toenmalige minister, maar uit het evaluatierapport. Ik ben blij dat wij dat hebben ontvangen en dat wij daar een technische briefing over hebben gehad, die een stuk meer duidelijk maakte. Wat vooral duidelijk werd, is dat de controlegroep vergelijkbare resultaten laat zien. Als je in de cijfers duikt, zie je nog wel een verschil: de controlegroep heeft een score van 67% en de campussen 79%. De onderzoekers zeggen echter dat dit verschil niet substantieel is.

De uiteindelijke doelgroep die de minister indertijd voor ogen had, sluit niet helemaal aan bij de groep die uiteindelijk is ingestroomd. Het was de bedoeling dat de echt onwillige jongeren zouden instromen, maar er is uiteindelijk voor gekozen om jongeren te laten instromen die minimaal gemotiveerd waren, zoals dat in het onderzoek wordt genoemd. Uit de toelichting heb ik begrepen dat dit nodig was om tot bepaalde resultaten te komen. Wij hadden echter die 9000 onwillige en niet-participerende jongeren op het oog, dus wij hebben wat ingeboet waar het gaat om de doelstelling.

Er zijn wel lessen te leren, zo blijkt ook uit het rapport. Er moet maatwerk worden geleverd, met een integrale aanpak van onderwijs, hulpverlening en toeleiding naar werk en er moet vooral structuur worden geboden. Daar was het in de pilots natuurlijk om te doen. Daarnaast zijn het versterken van de eigen kracht en het netwerk van de jongeren belangrijke leerpunten die wij kunnen meenemen.

De conclusie van de minister was dat de pilots voldoende aanknopingspunten gaven om de campussen voort te zetten als structurele voorziening. Er werd gelijk bij gezegd dat het nieuwe kabinet over die structurele voorziening gaat. Nu zitten wij daarmee aan tafel. Daarnaast stond in de brief dat er niet veel meer over was van de financiering. Structureel is er nog 2 mln. netto. De eerdere pilots kregen 12 mln. per jaar. Dat wisten wij. Daarom waren het ook pilots. Als wij de goed scorende campussen willen voortzetten, hebben wij maar weinig marge over.

De belangrijkste vraag is wat de meerwaarde is van de negen pilots. Het gaat daarbij om de kosten-batenanalyse. In het eindrapport staat dat de campussen gemiddeld €20.000 meer kosten per jongere dan de reguliere zorg. Zij scoren weliswaar wat hoger, maar volgens de onderzoekers is dat verschil niet significant. De vraag die wij vandaag moeten beantwoorden, is of dat kleine verschil reden moet zijn om €20.000 te besteden, ook omdat de financiële middelen heel beperkt zijn.

De commissie heeft gevraagd om een kosten-batenanalyse per campus, zodat beter zichtbaar wordt of er uitschieters omhoog zijn, die beter scoren dan de gemiddelde score van 79%. Op basis daarvan zouden wij kunnen bepalen of wij extra financiering vrij moeten maken om die pilots door te zetten. Die tijd hebben wij niet gehad. Het onderzoek komt eind dit jaar. Wij weten dat de pilots, en dus ook het personeel, 1 januari 2011 stoppen. Mijn vraag is: wat nu? De financiën zijn beperkt, het onderzoek is nog niet beschikbaar en wij weten dat het personeel op straat staat.

 

Labels
Bijdragen
Esmé Wiegman

« Terug

Archief > 2010 > december