Bijdrage André Rouvoet begroting Algemene Zaken en de Koning

woensdag 17 november 2010 14:00

De heer Rouvoet (ChristenUnie): Voorzitter. Het is kennelijk weer het seizoen. De jacht is weer geopend, in dit geval op het koningshuis. Eens in de zoveel jaren gebeurt dat en het is kennelijk weer tijd daarvoor. Ik vind dat jammer en ik vind dat ook onterecht. Ik voel mij eerlijk gezegd goed thuis bij de woorden die oud-minister-president Kok destijds schreef in de beruchte, de beroemde notitie die hier al vaak is aangehaald. Juist vanuit de concepten van eenheid, continuïteit en onpartijdigheid sprak hij over een waardevolle rol van het koningschap. Ik citeer: "Deze plaats en positie van de Koning binnen de regering heeft een duidelijke positieve waarde en betekenis voor bestuur en samenleving, die behouden dient te blijven."

Dat lijkt mij een nuchtere conclusie van een nuchtere notitie. Wij zijn er wel klaar mee. Wat mij betreft geen donquichotterie, geen probleem zoeken bij een veronderstelde oplossing. Kortheidshalve vraag ik de minister-president om zich te scharen achter de conclusie die ik zojuist citeerde en vierkant achter -- of misschien moet ik zeggen: voor -- het staatshoofd te gaan staan in deze discussie.

            Ik heb nog twee punten die ik kort zal aanstippen. Het eerste is de beleidsagenda van de minister-president zelf. Ik hoor graag hoe hij zijn persoonlijke beleidsagenda gaat neerzetten, naast het kabinetsbeleid. De huidige minister-president vond in zijn vorige bestaan dat de toenmalige minister-president ten minste twee derde van zijn tijd aan innovatie moest besteden. Bij het debat over de regeringsverklaring antwoordde hij op mijn vraag hierover dat hij vooral op zoek zou gaan naar de pareltjes; de sectoren waar heel bijzondere dingen gebeuren. Ik vraag de minister-president om nader te specificeren wat voor de komende tijd zijn persoonlijke doelstellingen zijn, vooral binnen het dossier van innovatie, en hoe hij deze praktisch vorm zal geven.

            Het is gebruikelijk om bij de begroting van Algemene Zaken in te gaan op de rapporten van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, die vaak interessant zijn, al zijn ze soms interessanter dan anders. Op 27 september is een heel interessante bundel verschenen, waarin de WRR uiteenzet hoe een goede toekomstverkenning een bijdrage kan leveren aan een beter beleid, met als titel: Uit zicht, toekomstverkennen met beleid. De WRR zegt dat een goede toekomstverkenning ook vraagt om acceptatie van onzekerheid en enthousiasme voor openheid. Dat houdt ook in dat de toekomst niet slechts mag worden gezien als de politiek gewenste toekomst die in de lijn van het regeerakkoord ligt, aldus de WRR.

            Dit is een interessant rapport, gezien de opgaven waar wij met elkaar voor staan, als het gaat om de haalbaarheid van ons zorgstelsel, de woningmarkt en vele andere terreinen. Ik vraag de minister-president om op korte termijn het hoofdbetoog van dat rapport te voorzien van een beleidsreactie en de Kamer te laten weten hoe hij dat bij zijn beleidsvorming gaat toepassen.

 

Labels
André Rouvoet
Bijdragen

« Terug

Archief > 2010 > november