Interview: De ontspannen rentree van Arie Slob

zaterdag 14 december 2002 06:44

DEN HAAG - Met enig gevoel van gêne nam hij het afgelopen half jaar op afstand de bizarre gebeurtenissen aan het Binnenhof waar. Na een half jaar afwezigheid is Arie Slob voor de ChristenUnie terug in de Kamer.

Bron: Nederlands Dagblad

door onze redacteur Marc Janssens

DEN HAAG - Met enig gevoel van gêne nam hij het afgelopen half jaar op afstand de bizarre gebeurtenissen aan het Binnenhof waar. Na een half jaar afwezigheid is Arie Slob voor de ChristenUnie terug in de Kamer.

De sfeer in politiek Den Haag is behoorlijk veranderd, constateert hij. Maar er is ook veel hetzelfde gebleven. De aanvallen op het bijzonder onderwijs gaan door, de houding van een christenpoliticus kan hetzelfde blijven. ,,Een christen mag ontspannen zijn. Onze zekerheid ligt niet in onze verworvenheden, want die kunnen ons afgepakt worden, maar in Jezus Christus.''

Toen Arie Slob enkele weken geleden terugkwam in de Kamer, merkte hij aan alles dat 2002 een omwenteling had veroorzaakt. Veiligheidspoortjes en gesloten deuren op het Binnenhof staan symbool voor een andere, meer grimmige sfeer. En politiek gezien is er sprake van een aardverschuiving. ,,Ruim een half jaar geleden hadden PvdA, VVD en D66 het voor het zeggen. Dat straalden ze ook uit. Als ik nu vanaf mijn stoel in de vergaderzaal om me heen kijk, zie ik links de LPF en rechts het grote CDA. Je ziet aan de mensen zelf of het goed gaat met hun partij.''

De onderlinge omgang tussen de politici is ook veranderd, vindt Slob. ,,De omgangsvormen zijn harder en platter geworden. In het begin trof ik echt een algehele sfeer van onbehagen aan. Wat is hier gebeurd, dacht ik. Je hoort het politici onderling tegen elkaar zeggen. Men hoopt dat het na 22 januari voorbij is. Iedereen wil deze tussenperiode snel vergeten. Niet dat de LPF wegmoet zodat we weer 'onder ons' zijn. Wel dat de inhoud weer centraal komt. De afgelopen tijd ging het alleen maar om de poppetjes, echte inhoudelijke debatten zijn er nauwelijks gevoerd. Het is van groot belang dat er weer een stabiel landsbestuur komt. De problemen in het onderwijs en de zorg mogen niet langer blijven liggen.''

Ook de fractie van de ChristenUnie heeft in persoonlijk opzicht zwaar weer gekend. Na de verkiezingen moesten drie kamerleden en enkele medewerkers het Binnenhof verlaten. En vervolgens was er de ziekte en uiteindelijk het vertrek van fractievoorzitter Veling, plus alle commotie die dat veroorzaakte. ,,Ik merk dat dat niemand in de koude kleren is gaan zitten. Over de verkiezingsuitslag zelf ben ik altijd heel nuchter geweest: de kiezer heeft zijn eigen verantwoordelijkheid bij het uitbrengen van zijn stem. Dat is een gegeven met als gevolg dat een aantal mensen wegmoest. De ontwikkelingen daarna kunnen we alleen maar betreuren, vooral voor Kars Veling zelf. Maar we moeten nu wel verder. Gezien alles wat er is gebeurd, is de juiste keuze gemaakt. André Rouvoet was voor mij het enige echte alternatief als lijsttrekker. Hij weet op ontspannen wijze de ChristenUnie goed neer te zetten. Ik zie in de fractie nieuwe energie ontstaan. Men is ook blij dat ik er weer ben. Omdat Tineke Huizinga druk met de Srebrenica-commissie is, kwam er wel heel veel op de schouders van Leen van Dijke en André Rouvoet terecht.''

Toen Slob na 15 mei de Kamer moest verlaten, heeft hij eerst tijd voor bezinning genomen. ,,Dat kan ik echt iedereen aanraden. Rust nemen en kijken waar je elders in de akker van Gods Koninkrijk actief kunt zijn.'' Waar andere ex-kamerleden veel moeite moeten doen om een baan te vinden, kreeg Slob zelfs enkele aanbiedingen. Hij koos voor de gereformeerde scholenorganisatie Concent, maar kreeg wel de ruimte om eventueel terug te keren in de politiek. ,,Mocht het kabinet vallen en er werd een beroep op mij gedaan, dan wilde ik dat kunnen afwegen. Ik merkte dat ik nog niet los was van de politiek. Ik was in Polen, toen ik een sms kreeg dat het kabinet gevallen was, en eenmaal thuis deed het bestuur een beroep mij. Toen ik de mogelijkheid kreeg om op de tweede plaats te komen, gaf dat mij de vrijmoedigheid mijn baan op te zeggen en terug naar Den Haag te gaan. Men heeft mij ervan overtuigd dat ik ook naar de toekomst toe van betekenis kan zijn voor de christelijke politiek.''

Met anderen heeft Slob het afgelopen jaar ervaren hoe vluchtig de loopbaan van een politicus kan zijn. Toch heeft hem dat er niet van weerhouden opnieuw het hectische leven van Kamerlid in te gaan. ,,Je zou het roeping kunnen noemen, maar dat begrip geldt voor iedereen die dienstbaar wil zijn in Gods Koninkrijk. Belangrijk is voor mij dat ik mijn werk plaats in het brede perspectief van de christelijke politiek. De persoon van de politicus is daaraan ondergeschikt. Ondanks de drukke agenda wil ik daarom tijd blijven reserveren voor gezamenlijke bijbelstudie. Het is belangrijk om in je relatie met God gevoed te blijven worden. Het gaat niet om mensen, hoewel wij als politici vaak in de schijnwerpers staan. Voor ons is het extra nodig alert te blijven om niet onderuit te gaan. Van belang is daarbij ook dat je weet in welke traditie je staat en wat daarbinnen al is uitgedacht. Die traditie loopt bij wijze van spreken van Groen van Prinsterer tot Eimert van Middelkoop. Kennis daarvan is onontbeerlijk. En dat betekent dat je veel moet lezen.''

Slob is van de zesde plaats op de vorige lijst geklommen naar de tweede bij de aanstaande verkiezingen. Hij is de hoogste kandidaat die uit het GPV afkomstig is en wellicht de enige die daadwerkelijk in de Kamer verkozen wordt. Hij weet zich met de GPV-traditie verbonden maar voelt zich in eerste instantie een ChristenUnie-politicus. ,,Laatst tikte iemand me tijdens een bijeenkomst in Heemse op de schouder en vroeg: bent u nu die GPV'er op de lijst? Eerlijk gezegd ben ik zelf niet bezig met de vraag of mensen mij vooral als GPV'er zien. Natuurlijk kom ik daaruit voort en wil ik daarin verder werken. Ik vind het ook niet vreemd als mensen een soort nostalgie naar die tijd hebben. Wij hadden thuis ook GPV-posters op de ramen en lazen op GPJC-avonden de werken van Verbrugh. Maar nostalgie mag niet geforceerd zijn en met de rug naar de toekomst staan. Het is onzin om te denken dat het GPV-gedachtegoed binnen de ChristenUnie aan de kant is gezet. Het opkomen voor de eer van God en de geestelijke vrijheid komt binnen de ChristenUnie volledig tot zijn recht. Kiezers hebben hun eigen verantwoordelijkheid. Maar het doet me wel pijn als sommigen ondoordacht en ogenschijnlijk nauwelijks onderbouwd de overgang naar bijvoorbeeld de SGP maken. Ik heb die partij hoog, maar over de geestelijke vrijheid en de positie van vrouwen in de politiek denkt ze toch anders.''

Zijn tweede plaats op de lijst betekent dat hij een andere verantwoordelijkheid binnen de partij heeft gekregen, erkent Slob. De positie vraagt doorgaans een bereidheid om als dat nodig is ook de eerste man te zijn. ,,Ik voel natuurlijk een andere verantwoordelijkheid dan vorig jaar. Ik ben fractiesecretaris geworden, zit in het presidium en doe het personeelsbeleid. Voor het aangaan van verantwoordelijkheden loop ik niet weg, maar ik wil nu in alles een steun voor André Rouvoet zijn.''

Sinds zijn terugkeer in Den Haag heeft Slob twee begrotingsbehandelingen gedaan en staat het thema van de onderwijsvrijheid weer volop op de agenda. Naar aanleiding van twee rapporten over het islamitisch onderwijs, wordt de roep om de onderwijsinspectie ook tot de godsdienstlessen toe te laten, luider. Het bijzonder onderwijs komt in de beklaagdenbank en volgens sommige politici werken opvattingen van orthodoxe christenen zo desintegrerend, dat ze maar beter verboden kunnen worden. ,,Het vreemde is dat de politici nauwelijks van de feiten uitgaan. Als je de rapporten leest, blijkt het maar om zeer weinig islamitische scholen te gaan, die bovendien niets strafbaars hebben gedaan. Op basis hiervan wil de VVD de stichting van islamitische scholen tegengaan en wordt binnen de partij zelfs gepleit om het hele bijzonder onderwijs af te schaffen. GroenLinks-lijsttrekker Halsema vindt dat de Koran en de Bijbel tijdens de godsdienstlessen niet meer letterlijk uitgelegd mogen worden en ook het CDA wil opeens een grotere rol van de inspectie bij de godsdienstles. Een jaar geleden hebben we in de Kamer uitgebreid over de inspectie gedebatteerd en afgesproken dat scholen meer aan zelfevaluatie en visitatie zullen gaan doen. Dan kijk ik nu links en rechts om me heen en vraag me af: waar is iedereen gebleven? Van waar opeens die bemoeienis van de overheid met het godsdienstonderwijs?''

Ten aanzien van het islamitisch onderwijs en de positie van moslims als minderheden kan de ChristenUnie een bijzondere rol vervullen, denkt Slob. Orthodoxe christenen zitten voor een deel in een vergelijkbare situatie en binnen de traditie van GPV en RPF is veel nagedacht over de positie van minderheden. ,,Nederland kent een sterke traditie, waarin minderheden ruimte wordt geboden. Daarvan hebben wij als christenen zelf ook geprofiteerd. Bovendien heerst in onze partij een cultuur om niet snel mee te gaan met de waan van de dag. We kijken naar de grondrechten en dan zie je dat er ook ruimte is voor islamitisch onderwijs. Als het goed is moeten die grondrechten bij alle parlementariërs veilig zijn. Het is zorgelijk dat dat blijkbaar niet zo is.''

Met de aanval op het islamitisch onderwijs is echter ook het christelijke onderwijs gemoeid. Er lijkt binnen politiek Nederland steeds minder begrip te zijn voor de geloofsoverdracht die daar plaatsvindt. Arie Slob ziet de ontwikkelingen, maar meent niet dat christenen zich erdoor uit het veld moeten laten slaan. ,,Het bijzonder onderwijs ervaart dat het in de beklaagdenbank is gekomen. Het is als het ware een druppel, die steeds op een steen valt. Op een gegeven moment is de steen wel uitgehold. Je ziet aan de voorbeelden over de gelijkwaardigheid van man en vrouw, de uitverkiezing en de visie op homoseksualiteit op welk glad ijs de overheid komt als ze zich inhoudelijk met het godsdienstonderwijs gaat bemoeien. Voor je het weet verval je in een staatspedagogiek. Natuurlijk moeten we deze ontwikkelingen serieus nemen en er niet zorgeloos over zijn. Maar aan de andere kant moeten we ook niet in zak en as zitten. Ik houd me altijd voor om als christen niet defensief bezig te zijn, maar constructief mee te denken. Het gaat niet om onze verworvenheden. Daarin ligt onze zekerheid ook niet. Die ligt in Jezus Christus. Bij alle ontwikkelingen die gaande zijn, moeten we beseffen dat het om Gods wereld gaat. Dat mogen we hardop zeggen, ook als de ontwikkelingen tegen Zijn bedoeling ingaan. Dan wil je niet vanuit een kramp vasthouden wat je hebt en daarvoor strijden. Maar dan kun je Hem de eer geven. Dat is ook het mooie van de christelijke politiek. Het gaat niet om onszelf of onze belangen, maar om de Schepper van deze wereld. Dat geeft een enorme ontspannenheid.''
Labels
Arie Slob
In de media

« Terug

Reacties op 'Interview: De ontspannen rentree van Arie Slob'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.

Archief > 2002 > december