Bijdrage Joël Voordewind aan het Wetsvoorstel inzake de inwerkingtreding van de wet houdende goedkeuring van de Associatieovereenkomst tussen de EU en Oekraïne

dinsdag 21 februari 2017 00:00

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind aan een plenair debat met minister Koenders van Buitenlandse Zaken en minister-president Rutte

Onderwerp:   Wetsvoorstel inzake de inwerkingtreding van de wet houdende goedkeuring van de Associatieovereenkomst tussen de EU en Oekraïne

Kamerstuk:    34 669          

Datum:           21 februari 2017

De heer Voordewind (ChristenUnie):
Voorzitter. Aan mij de eer en het verzoek om de zegen uit te spreken, zo heb ik begrepen van de heer Ten Broeke. Dat zal ik niet doen. Ik zal me houden aan mijn eigen tekst en niet de tekst van de heer Omtzigt nazeggen. Ik mag wel spreken mede namens de SGP; misschien helpt dat.

Tien maanden geleden klonk een duidelijk "nee" op de vraag: bent u voor of tegen de wet tot goedkeuring van de associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en Oekraïne? De uitslag van het referendum was helder. Vandaag ligt precies dezelfde associatieovereenkomst voor aan de Kamer en tekent zich een meerderheid af voor het wetsvoorstel om de overeenkomst goed te keuren. De premier zei op de avond van de referendumuitslag: de ratificatie kan niet zonder meer doorgaan. Hij vermeldde dat men dagen, zo niet weken, nodig zou hebben om tot een oplossing te komen. Het werden acht maanden. De grote vraag is: wat hebben die acht maanden precies opgeleverd? Is er iets veranderd? Mijn fractie waardeerde de inspanning van de premier, maar onze conclusie is dat het resultaat niet tot een wezenlijke verandering heeft geleid. Daar ging het uiteindelijk toch om. Volgens de raadsadvocaat — dit punt is al een aantal keren aangehaald — wijzigt de bijlage niets aan de inhoud van de associatieovereenkomst en vormt deze evenmin een voorbehoud ten aanzien van de associatieovereenkomst. Sterker nog: het besluit mag geen elementen bevatten die de inhoud van de rechten en de plichten in deze overeenkomst wijzigen. Kortom: er verandert niets. Er is alleen op een rij gezet waar de overeenkomst niet over gaat.

Kan de premier, als hij het hier niet mee eens is, een overzicht geven van zaken die door de onderdelen A tot en met F van het besluit materieel wijzigen met betrekking tot de associatieovereenkomst? Ik vraag het kabinet: wat is de meerwaarde van een verklaring die niets toevoegt of wijzigt aan het verdrag? Erkent de premier dat er feitelijk niets meer of minder voorligt dan wat vorig jaar in het referendum aan de burgers is voorgelegd? Het is bovendien duidelijk dat de aanvullende verklaring niet bindend is voor Oekraïne. Het land heeft niets ondertekend. Dat gaf het kabinet in de laatste nadere schriftelijke beantwoording ook toe. Ook in de praktijk blijkt dat Oekraïne zich niet gebonden voelt aan de verklaring. President Porosjenko sprak onlangs nog de wens uit om lid te worden van de Europese Unie. Hij vermeldde dat het niet lang meer zou duren voordat Oekraïne voldoet aan de criteria om lid te worden van de Europese Unie. Dat verbaast mij, omdat de Europese Rekenkamer onlangs nog zeer negatief oordeelde over de corruptie in het land zelf. Het gaat bovendien rechtstreeks in tegen onderdeel A van de aanvullende verklaring over de toetreding tot de Europese Unie. Dit alles toont twee dingen aan: Oekraïne trekt zich niets aan van de aanvullende verklaring en er is eigenlijk niets veranderd als gevolg van de aanvullende verklaring. Want, zo zegt het kabinet ook, Oekraïne kan altijd nog op basis van het Unieverdrag een verzoek om lidmaatschap indienen. Dat was vorig jaar zo en het is nog steeds zo.

De ChristenUnie is voor Europese samenwerking, maar we moeten erkennen dat een sterker Europa niet altijd gebaat is bij "meer Europa" en een verdere politieke integratie. Er is groeiend ongemak bij de bevolking. Beslissingen over de Europese samenwerking zijn grotendeels over de hoofden van gewone mensen genomen. Mensen hebben het gevoel "wat wij zeggen doet er niet toe; Europa gaat door zonder ons, maar wel over ons." Wij zien grote breuklijnen in het Europa van vandaag. Tussen de bestuurders in Brussel aan de ene kant en de bevolking aan de andere kant. Tussen Noord en Zuid. Tussen de Britten en de Europese Unie. Tussen anti- en pro-Europa. Ergens onderweg is de Europese Unie de burgers vergeten, terwijl de trein van de Europese integratie doordendert. Juist die vervreemding is de grootste bedreiging voor de toekomst van Europa. Mensen die zeggen "er wordt niet naar mij geluisterd" worden wederom bevestigd in hun vermoeden, en dat is uiterst schadelijk

Afsluitend: wij hebben eerder ingestemd met het associatieverdrag, maar nu staan wij voor een nieuwe keuze. Burgers hebben zich mogen uitspreken. 4 miljoen mensen hebben zich tegen het associatieverdrag uitgesproken. De opkomstdrempel is gehaald en de uitslag is rechtsgeldig. We moeten het heldere "nee" daarom serieus meewegen. Het is een afweging tussen het negeren van de nee-stem en de bijbehorende democratische schade en de grote geopolitieke belangen. De regering wil recht doen aan zowel de uitkomst van het raadgevend referendum als aan het belang van de associatieovereenkomst. Mijn fractie concludeert dat er na acht maanden niets is veranderd aan de overeenkomst. Er is alleen op een rij gezet waar de overeenkomst niet over gaat. Daarmee wordt de nee-stem feitelijk genegeerd. Ik kan geen andere conclusie trekken. Hoe zal ik het zeggen? Je moet recht doen aan de nee-stem tegen de overeenkomst. Anders voed je het wantrouwen tegen de politiek. Dat zal de kloof tussen de burger en de politiek verder verdiepen en het draagvlak voor de Europese samenwerking verder doen afbrokkelen. Alles afwegend kan de ChristenUnie niet instemmen met de goedkeuringswet.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl

Labels
Bijdragen
Buitenlands beleid
Joël Voordewind

« Terug

Archief > 2017 > februari