Bijdrage Joël Voordewind aan het plenair debat over het rapport van de Onderzoeksraad voor de Veiligheid naar de ramp met MH17

dinsdag 01 maart 2016 00:00

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind als lid van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken aan een plenair debat met minister-president Rutte, minister Koenders van Buitenlandse Zaken, minister Van der Steur van Veiligheid en Justitie en staatssecretaris Dijksma van Infrastructuur en Milieu

Onderwerp:   Debat over het rapport van de Onderzoeksraad voor de Veiligheid naar de ramp met MH17

Kamerstuk:    33 997          

Datum:           1 maart 2016

De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben kennisgenomen van de wijziging van de Paspoortwet in verband met het van rechtswege laten vervallen van reisdocumenten van personen aan wie een uitreisverbod is opgelegd. Zij hebben enkele vragen.

De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen naar de samenhang met de Tijdelijke wet bestuurlijke maatregelen terrorismebestrijding. Het is denkbaar dat de ene wet wel en de andere wet niet wordt aangenomen. In hoeverre heeft dit wetsvoorstel als zelfstandig wetsvoorstel toegevoegde waarde? En waarom heeft de regering gekozen voor een afzonderlijk wetsvoorstel en niet voor het opnemen van deze wijziging in de Tijdelijke wet bestuurlijke maatregelen terrorismebestrijding?

De leden van de fractie van de ChristenUnie constateren dat art. 23 van de Paspoortwet reeds de mogelijkheid aan de minister biedt om een paspoort vervallen te verklaren indien het gegronde vermoeden bestaat dat de betrokken persoon buiten het Koninkrijk handelingen zal verrichten, die een bedreiging vormen voor de veiligheid en andere gewichtige belangen van het Koninkrijk of een of meerdere landen van het Koninkrijk dan wel de veiligheid van met het Koninkrijk bevriende mogendheden. Waarom is dit wetsvoorstel dan nog nodig?

De leden van de fractie van de ChristenUnie lezen dat met het wetsvoorstel de daadwerkelijke uitreis van personen me het doel bij een jihadistische organisatie te gaan strijden, moet worden voorkomen. Heeft de regering rekening gehouden met uitreizigers met een nationaliteit naast de Nederlandse nationaliteit? Hoeveel van de huidige uitreizigers naar IS-gebied in Syrië/Irak hebben naast de Nederlandse nationaliteit een tweede nationaliteit? Heeft de regering bij deze groep inzicht in welk reisdocument gebruikt is om Schengen te verlaten? Heeft de regering overwogen om met het land van de tweede nationaliteit een regeling te treffen om het reizen buiten Schengen op een ander paspoort tegen te gaan?

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

 

Labels
Bijdragen
Buitenlands beleid
Joël Voordewind

« Terug

Archief > 2016 > maart