Bijdrage Carola Schouten aan het algemeen overleg Armoede- en schuldenbeleid

woensdag 23 januari 2013 00:00

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carola Schouten als lid van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan een algemeen overleg met staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Onderwerp:   Armoede- en schuldenbeleid

Kamerstuk:    24 515

Datum:            23 januari 2013

Mevrouw Schouten (ChristenUnie): Voorzitter. Sta mij toe om eerst een persoonlijk verhaal te vertellen. Een aantal maanden geleden kwam ik een stel tegen waarvan de man een eigen bedrijfje had en door ziekte arbeidsongeschikt geraakt was. Deze mensen hadden te maken gehad met een enorme teruggang in inkomen, terwijl veel vaste lasten nog doorliepen. Zij moesten zich ten einde raad in de schulden steken. Uiteindelijk konden zij weer een weg terug vinden, want de vrouw vond een baan. Alleen hadden ze nog te maken met de schulden, waar ze graag van af wilden. Tegelijkertijd kregen ze te maken met allerlei instanties die hen, in de periode voordat de vrouw een baan vond, in de problemen brachten. Ze gingen naar de gemeente, kregen daar een intake en hadden de hoop en de verwachting dat ze een traject zou krijgen om uit de schulden te komen. Er werd ook wel iets afgesproken. Uiteindelijk merkten ze dat hun beslagvrije voet getreden werd en de hulp vanuit de gemeente duurder en duurder werd. Ze kwamen niet verder en de problemen namen alleen maar toe.

In het kort is dit een schets van een problematiek die heel vaak voorkomt in de praktijk. Dit stel vroeg mij: hoe kan het nou dat de overheid ons eigenlijk verder in de problemen heeft gebracht doordat zij bijvoorbeeld de beslagvrije voet heeft getreden? Er wordt gesuggereerd dat er hulp geboden wordt, terwijl die heel lang op zich laat wachten. Wat doen wij voor deze mensen en wat kunnen zij van ons verwachten? Ik moest deze mensen beschaamd toegeven dat wij het probleem al heel lang onderkennen en er nog steeds geen goede oplossing voor hebben gevonden. Vandaar dus mijn hartenkreet: ik hoop dat deze staatssecretaris de problemen echt bij de kop durft te pakken, en dat we snel een oplossing vinden voor de zaken die hier vandaag worden genoemd. Op deze manier brengen we namelijk heel veel mensen verder in de problemen.

Ik kom bij mijn eerste punt, de beslagvrije voet. De Nationale ombudsman heeft daar heel kritisch op gereageerd. Ik heb de staatssecretaris in december gevraagd om met een beslagregister te komen. Dat werd toen afgehouden. Ik constateer nu dat er bij de PvdA-fractie in ieder geval wat meer perspectief is. Ik hoop dus dat de staatssecretaris de handschoen oppakt en toezegt dat er een beslagregister wordt opgesteld. Ook de wetgeving, bijvoorbeeld de Invorderingswet, geeft soms direct aanleiding om de beslagvrije voet te treden zonder dat daar überhaupt op gecontroleerd hoeft te worden. Dat kan niet. Dat brengt mensen nog verder in de problemen. Graag wil ik dus van de staatssecretaris horen of zij met haar collega’s in het kabinet kan bespreken hoe dit kan worden voorkomen.

Ik ga nu in op het LIS, tegenwoordig de ViP. De private partijen praten er al tien jaar over. Tien jaar lang is er van alles geprobeerd om een goed systeem op te zetten. Eindelijk waren we zover dat er toestemming was om een pilot op te zetten, met inachtneming van de privacyregels. En nu trekken de banken te elfder ure de stekker eruit. Dat kan toch niet waar zijn? Wij moeten daar toch met elkaar een oplossing voor vinden? We hebben heel lang gezegd dat het een particulier initiatief is, maar de particuliere instanties hebben hun verantwoordelijkheid genomen. Laten we niet vergeten dat heel veel instanties hier veel tijd en geld in hebben gestoken. Als het nu echter niet meer lukt om het zo af te ronden, vraag ik de staatssecretaris om in te springen. Ik zie twee smaken, maar ik hoop dat de staatssecretaris er nog meer ziet. Of we dwingen wettelijk af dat banken gaan participeren. Dat kan misschien in de Wft geregeld worden. Of de staatssecretaris pakt nu zelf de handschoen op en gaat er zelf aan bijdragen dat het register er komt. Ik hoop op een duidelijke toezegging van de staatssecretaris, zodat we niet weer jaren hoeven te wachten en te investeren.

Ik ga nu in op de wachtlijsten bij de gemeentelijke schuldhulp. Mijn fractie heeft daar vorig jaar al voor gewaarschuwd. Als we geen kwaliteitseisen stellen aan de gemeentelijke schuldhulp, kan het gebeuren dat er een intake plaatsvindt en gemeenten daarmee aan hun plicht hebben voldaan, maar er niet daadwerkelijk sprake is van een traject. Dan geef je eigenlijk valse hoop en breng je mensen meer in de problemen, omdat zij verwachten dat zij hulp krijgen maar die niet echt krijgen. Ik heb er begrip voor dat gemeenten wachtlijsten hebben. Ze hebben immers beperkte middelen. Ik vraag echter wel om wat creativiteit. Gemeenten kunnen bijvoorbeeld zeggen: wij kunnen u niet binnen twee weken helpen, maar wij kunnen u doorverwijzen naar andere instanties, zoals SchuldHulp-Maatje en Humanitas. Daar kan dan vrijwillig al enige begeleiding plaatsvinden om erger te voorkomen.

Mijn volgende punt betreft de voedselbanken. Moeten we niet bekijken of we verspilling kunnen tegengaan, door bijvoorbeeld voedsel dat tegen de houdbaarheidsdatum aan zit niet meteen in een vergistingsinstallatie te gooien? Volgens mij moet daar de wet voor worden aangepast, maar dat hoor ik graag van de staatssecretaris. Nu mogen voedselbanken dat voedsel helemaal niet verstrekken. Hopelijk komt daar wat lucht in. Tot slot ga ik in op Caraïbisch Nederland. We hebben de armoedeverkenning gekregen, en kunnen onze ogen er niet voor sluiten dat daar sprake is van een aantal grote problemen. Er is geen compleet sociaal vangnet zoals wij dat in Nederland kennen. Een arbeidsongeschiktheidswet kent men daar bijvoorbeeld niet. Gaat de staatssecretaris bekijken of er toch een volledig sociaal vangnet kan komen? Welke conclusies zijn getrokken uit het overleg met de bestuurscolleges?

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

Labels
Bijdragen
Carola Schouten

« Terug

Archief > 2013 > januari