Bijdrage debat Toezicht NVWA

Carla Dik-Faber - Foto: Anne Paul Roukema / ChristenUniedonderdag 12 september 2013 09:49

Een paar weken geleden ben ik op werkbezoek geweest bij Ekro, de kalverslachterij van de Van Drie Groep. Dezelfde slachterij die in de reportage van Zembla voorbij kwam. Ik heb toen met eigen ogen gezien hoe het slachtproces bij kalveren verloopt. Wat mij vooral opviel waren twee zaken. Allereerst het track & trace systeem, waarbij je niet alleen kunt zien waar het kalfsvlees terecht komt, maar ook waar het kalf is opgegroeid, wat het heeft gegeten en waar dat eten vandaan komt. Wat mij ook trof, was de bandsnelheid waarmee de karkassen voorbij kwamen. Een snelheid waarbij je je kunt afvragen of een nauwkeurig slachtproces en zorgvuldige controle daarop überhaupt mogelijk zijn.

Zembla heeft ons allemaal geschokt, maar intussen is nog niet duidelijk of de beschuldigingen in het programma op feiten gebaseerd zijn. Feit is wel dat ons productiesysteem vooral gericht is op een zo laag mogelijke kostprijs. Als alles draait om een lage kostprijs, loop je al gauw het risico dat je concessies moet doen op het gebied van kwaliteit, duurzaamheid en ook toezicht en handhaving. De ChristenUnie-fractie vindt dit een zeer zorgelijke ontwikkeling.

De uitzending van Zembla heeft tot veel onrust en vragen geleid. Vragen over de veiligheid van vlees, maar ook over andere praktijken in de vleessector. Zo staat de waarde van het Beter Leven Kenmerk ter discussie. Deze imagoschade is dodelijk voor het proces van verduurzaming, zoals dat in de sector op gang is gekomen. De consument moet er op kunnen vertrouwen dat producten met een duurzaamheidskenmerk ook daadwerkelijk duurzamer en diervriendelijker zijn. Dat vertrouwen heeft een forse deuk opgelopen. Hoe gaat de staatssecretaris, samen met de sector, dit vertrouwen terugwinnen?

Of de sterke nadruk op kostprijs inderdaad leidt tot de excessen die het programma Zembla toonde, zal nader onderzoek moeten uitwijzen. Wat we wel met elkaar kunnen vaststellen is dat de maatregelen die de NVWA en haar voorgangers hebben genomen om het toezicht te verbeteren volstrekt onvoldoende effect hebben gehad. De brief van de staatssecretaris van 3 september spreekt in dit opzicht boekdelen. Het is onacceptabel dat ondanks de vele rapporten en debatten in deze Kamer over de NVWA de conclusie is dat op dit moment “mogelijk de drijfveren om niet te handhaven sterker zijn dan de drijfveren om wel te handhaven”.

Voorzitter, de drie brieven van de staatssecretaris roepen bij mij veel vragen op. Als eerste ben ik benieuwd wat het overleg dat de staatssecretaris gisteravond met het bedrijfsleven heeft gehad concreet heeft opgeleverd? Welke afspraken heeft zij gemaakt?

In haar brief van gisteren over bacteriën op vlees stelt de staatssecretaris dat afspoelen of afvegen van karkassen niet is toegestaan. Maar volgens de Van Drie Groep is er een wettelijke verordening die het gebruik van water uitdrukkelijk toestaat. Wat is het nu? En welke normen zijn er voor het invriezen van vlees en het verkopen van ontdooid en terugontvangen vlees? Graag helderheid op deze punten.

Dan kom ik bij het rapport over de verbetering van het toezicht in kleine en middelgrote slachterijen. Dit was al een aandachtspunt in het rapport Vanthemsche 2 (2011) en blijkbaar is er sindsdien nog maar weinig verbeterd.

Ik noem een aantal punten en ben dan waarschijnlijk niet eens volledig: de gebrekkige aansturing binnen de NVWA, opleiding en handhaving, overtredingen die niet worden herkend, teamleiders die geen steun bieden bij interventies en slechte samenwerking tussen NVWA en KDS, dierenartsen die slecht Nederlands spreken, het intimideren van dierenartsen en assistenten van KDS in slachterijen.

Wat gaat er eigenlijk wel goed, vraag ik de staatssecretaris?

Mogen we nog wel concluderen dat de NVWA grip heeft op de vleessector?

Het onderzoek is alleen uitgevoerd in roodvlees-slachterijen. Waarom deze focus? Is de staatssecretaris ook van plan een onderzoek te laten uitvoeren in slachterijen voor varkensvlees (en kalfsvlees)?

Voorzitter,

Ik verwelkom de kordate aanpak van de staatssecretaris nadat het rapport vorige week is gepubliceerd. Wel heb ik sterke twijfels over de ambitie, gezien het grote aantal tekortkomingen en de maatregelen die moeten worden genomen. Is het haalbaar om dit binnen een half jaar geregeld te hebben?

De staatssecretaris wil het toezicht op slachtplaatsen herstructureren. Wat wordt hierbij de rol van de NVWA-dierenartsen en de KDS-assistenten? En hoe voorkomen we hierbij dat we toezicht op toezicht op toezicht gaan stapelen? De KDS-mensen worden gecontroleerd door de NVWA en daar bovenop komt nog supervisie. Het stapelen van toezicht is niet nuttig en nodig noch kostenefficiënt.

De staatssecretaris stelt in haar brief voor dat de tarieven van handhaving door de NVWA volledig kostendekkend worden. Dit is niet redelijk. Een grotere bijdrage van het bedrijfsleven moet vooral gericht zijn op bedrijven die onder verscherpt toezicht staan als gevolg van onregelmatigheden. De ChristenUnie vindt dat die bedrijven de kosten van de extra controlebezoeken van de NVWA zelf moeten opbrengen.

Voorzitter, ik rond af.

Het is goed dat de Onderzoeksraad voor de Veiligheid onderzoek doet, maar ik wil benadrukken dat het nu ook tijd is voor actie. Veel aanvullend onderzoek lijkt me niet nodig, zeker geen parlementaire enquête. We weten waar het aan schort, het is nu zaak om de problemen in de vleessector echt aan te pakken en te zorgen dat het broze vertrouwen van de consument wordt hersteld.

Labels
Carla Dik

« Terug

Reacties op 'Bijdrage debat Toezicht NVWA'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.

Archief > 2013 > september