Te veel wetten, te weinig gerechtigheid
maandag 12 november 2001 07:37
Na lezing van de begroting van justitie schoot mij een verzuchting te binnen, die ik eens ben tegengekomen als kop boven een artikel: 'Too many laws and not enough justice'. In gewoon Nederlands: Te veel wetten en te weinig gerechtigheid.
Na lezing van de begroting van justitie schoot mij een verzuchting te binnen, die ik eens ben tegengekomen als kop boven een artikel: 'Too many laws and not enough justice'. In gewoon Nederlands: Te veel wetten en te weinig gerechtigheid.
Zal uitvoering van alle nota's en wetten ook werkelijk leiden tot meer gerechtigheid in dit land? Die vraag houdt mij bezig. Ik ben bang dat het antwoord ontkennend moet zijn en word in die opvatting gesterkt door de feiten en de cijfers. De criminaliteit is schrikbarend hoog, vandalisme en fraude nemen hand over hand toe. Onverdraagzaamheid en uitingen van racisme zijn aan de orde van de dag. Politie en justitie zijn onderbezet en overbelast.
Kortom: alle inspanningen ten spijt manifesteert er zich een zeer te betreuren, maar niet te miskennen toename van ongerechtigheid in onze samenleving.
Met bovenstaande tekst begon ik zeven jaar geleden - bij de presentatie van de eerste 'paarse' begroting - mijn eerste bijdrage aan een begrotingsdebat. In die bijdrage heb ik de vraag naar de gerechtigheid centraal gesteld. Mijn stelling was en is: Gerechtigheid valt niet af te lezen uit cijfers en tabellen, maar is in essentie een morele categorie: zij krijgt haar invulling vanuit diepe overtuigingen over goed en kwaad, recht en onrecht.
Aan dat aspect heb ik ook de jaren daarna aandacht besteed, vanuit de gedachte dat een begrotingsdebat zich goed leent voor dit type beschouwingen. Daarin gaat het om meer dan aantallen agenten en cellen, ophelderingspercentages en de verdeling van het geld. Politiek is immers meer dan het nemen van besluiten en het aannemen van wetten; politiek gaat over recht én over moraal, over normen én over waarden. De aandacht voor de resultaten van het beleid mag voor ons geen belemmering zijn om achter dat beleid te kijken. Naar de drijfveren en motieven. Ook dat behoort toch echt tot het wezen van onze democratie, tot het hart van de politiek.
Criminaliteit
Nu - bij de laatste begroting van dit kabinet en naar ik oprecht hoop ook de laatste van paars - wilde ik de balans opmaken: hoe staat het met de gerechtigheid? Is de gerechtigheid in de afgelopen jaren werkelijk bevorderd?
Die vraag is niet zomaar te beantwoorden, alleen al omdat we geen eenduidige maatstaf hebben. Maar het feit dat ik mijn openingszinnen van zeven begrotingen geleden opnieuw kan gebruiken, zonder dat ze direct als gedateerd ervaren worden, is veelzeggend.
Er gebeurt wel veel, maar wordt het echt beter? Dat is overigens geen vraag die alleen mij bezighoudt. In de nota Criminaliteitsbeheersing vragen de verantwoordelijke ministers zich hetzelfde af. Dat moet ons toch te denken geven. Toen ik er de vinger bij legde dat de nota nauwelijks aandacht gaf aan de oorzaken van criminaliteit, verwees de minister naar de nota Samenleving en criminaliteit uit 1985.
Hebben we met de bestrijding van de criminaliteit wel diep genoeg gestoken in de afgelopen zestien jaar? Of zijn we vooral met symptoombestrijding bezig geweest, met dweilen, zonder te kijken waar er kranen open staan? Is de inzet van het kabinet wel voldoende gericht geweest én heeft zij wel voldoende vruchten afgeworpen? De nota zelf geeft het antwoord: nee!
Immateriële kwesties
Bij de presentatie van de nota excuseerde de minister zich, dat dit stuk zo lang op zich had laten wachten. Hij zei dat hij en zijn ambtenaren de afgelopen jaren te druk waren geweest met andere zaken, te weten de immateriële kwesties. Hij doelde daarbij ongetwijfeld op zaken als de euthanasiewet, de afschaffing van het bordeelverbod en de openstelling van het huwelijk.
Daar zijn de prioriteiten van paars zichtbaar geworden. Terwijl de samenleving schreeuwt om meer veiligheid, minder geweld en meer rechtsbescherming van de burger, geeft de regering voorrang aan andere zaken. Scherp gezegd: Nederland is na twee kabinetten-Kok weliswaar niet of nauwelijks veiliger geworden, maar doden-op-verzoek en het runnen van een bordeel zijn dan toch maar legaal geworden...
Dat we internationaal te kijk staan en ons in Europees verband geïsoleerd hebben interesseert ons blijkbaar niet. En dat we door de Verenigde Naties op onze vingers worden getikt in verband met schending van de mensenrechten, en dat onze euthanasiewet nu zelfs een belemmering blijkt op te leveren voor de bestrijding van terrorisme, nemen we op de koop toe.
Met deze wetgeving is de gerechtigheid niet gediend. Integendeel! In immaterieel opzicht is Nederland achteruit geboerd. Meer wetten, maar minder gerechtigheid.
Gedoogcultuur
De typisch Nederlandse gedoogcultuur maakt de zaak natuurlijk alleen maar erger. Ik doel in het bijzonder op ons dubbelhartige drugsbeleid. Het ware te wensen dat de regering híer de gewenste Europese samenwerking en harmonisatie voorrang zou geven boven het krampachtig vasthouden aan deze totem van vermeende poldermoderniteit. Tolerantie is een groot goed, maar niet ten opzichte van wetsovertreding. Daar moet strikte handhaving uitgangspunt te zijn.
Zorgwekkend is dat de opheffing van het bordeelverbod zelfs contraproductief lijkt te zijn, als het gaat om het tegengaan van prostitutie door illegalen en minderjarigen. In plaats van daarin te berusten moet het kabinet zo spoedig mogelijk aanvullende maatregelen nemen, zoals algemene strafbaarstelling van de prostituant. Dat mag haaks staan op het streven van het kabinet naar 'normalisering van prostitutie', maar ja, je kunt niet alles hebben. En voor wie de uitwassen in de moderne slavernij écht wil bestrijden, is de keuze niet moeilijk.
Kortom: er gaat achter veel problemen nog altijd die typisch paarse schroom - misschien moet ik wel zeggen: onwil - schuil om duidelijke morele keuzes te maken, heldere normen te stellen en deze ook te handhaven. Anders gezegd: onwil om, waar dat nodig is voor de publieke gerechtigheid, duidelijke grenzen te stellen aan de individuele vrijheid. Het geweld op straat, de verloedering van de publieke ruimte en de verruwing in bijvoorbeeld ziekenhuizen en zwembaden maken duidelijk dat we ons simpelweg geen permissiviteit kunnen permitteren.
Er is na acht jaar paars veel herstelwerk te doen!
André Rouvoet is de woordvoerder Justitie van de fractie van de ChristenUnie in de Tweede Kamer.
door André Rouvoet
Bron: Nederlands Dagblad
Zal uitvoering van alle nota's en wetten ook werkelijk leiden tot meer gerechtigheid in dit land? Die vraag houdt mij bezig. Ik ben bang dat het antwoord ontkennend moet zijn en word in die opvatting gesterkt door de feiten en de cijfers. De criminaliteit is schrikbarend hoog, vandalisme en fraude nemen hand over hand toe. Onverdraagzaamheid en uitingen van racisme zijn aan de orde van de dag. Politie en justitie zijn onderbezet en overbelast.
Kortom: alle inspanningen ten spijt manifesteert er zich een zeer te betreuren, maar niet te miskennen toename van ongerechtigheid in onze samenleving.
Met bovenstaande tekst begon ik zeven jaar geleden - bij de presentatie van de eerste 'paarse' begroting - mijn eerste bijdrage aan een begrotingsdebat. In die bijdrage heb ik de vraag naar de gerechtigheid centraal gesteld. Mijn stelling was en is: Gerechtigheid valt niet af te lezen uit cijfers en tabellen, maar is in essentie een morele categorie: zij krijgt haar invulling vanuit diepe overtuigingen over goed en kwaad, recht en onrecht.
Aan dat aspect heb ik ook de jaren daarna aandacht besteed, vanuit de gedachte dat een begrotingsdebat zich goed leent voor dit type beschouwingen. Daarin gaat het om meer dan aantallen agenten en cellen, ophelderingspercentages en de verdeling van het geld. Politiek is immers meer dan het nemen van besluiten en het aannemen van wetten; politiek gaat over recht én over moraal, over normen én over waarden. De aandacht voor de resultaten van het beleid mag voor ons geen belemmering zijn om achter dat beleid te kijken. Naar de drijfveren en motieven. Ook dat behoort toch echt tot het wezen van onze democratie, tot het hart van de politiek.
Criminaliteit
Nu - bij de laatste begroting van dit kabinet en naar ik oprecht hoop ook de laatste van paars - wilde ik de balans opmaken: hoe staat het met de gerechtigheid? Is de gerechtigheid in de afgelopen jaren werkelijk bevorderd?
Die vraag is niet zomaar te beantwoorden, alleen al omdat we geen eenduidige maatstaf hebben. Maar het feit dat ik mijn openingszinnen van zeven begrotingen geleden opnieuw kan gebruiken, zonder dat ze direct als gedateerd ervaren worden, is veelzeggend.
Er gebeurt wel veel, maar wordt het echt beter? Dat is overigens geen vraag die alleen mij bezighoudt. In de nota Criminaliteitsbeheersing vragen de verantwoordelijke ministers zich hetzelfde af. Dat moet ons toch te denken geven. Toen ik er de vinger bij legde dat de nota nauwelijks aandacht gaf aan de oorzaken van criminaliteit, verwees de minister naar de nota Samenleving en criminaliteit uit 1985.
Hebben we met de bestrijding van de criminaliteit wel diep genoeg gestoken in de afgelopen zestien jaar? Of zijn we vooral met symptoombestrijding bezig geweest, met dweilen, zonder te kijken waar er kranen open staan? Is de inzet van het kabinet wel voldoende gericht geweest én heeft zij wel voldoende vruchten afgeworpen? De nota zelf geeft het antwoord: nee!
Immateriële kwesties
Bij de presentatie van de nota excuseerde de minister zich, dat dit stuk zo lang op zich had laten wachten. Hij zei dat hij en zijn ambtenaren de afgelopen jaren te druk waren geweest met andere zaken, te weten de immateriële kwesties. Hij doelde daarbij ongetwijfeld op zaken als de euthanasiewet, de afschaffing van het bordeelverbod en de openstelling van het huwelijk.
Daar zijn de prioriteiten van paars zichtbaar geworden. Terwijl de samenleving schreeuwt om meer veiligheid, minder geweld en meer rechtsbescherming van de burger, geeft de regering voorrang aan andere zaken. Scherp gezegd: Nederland is na twee kabinetten-Kok weliswaar niet of nauwelijks veiliger geworden, maar doden-op-verzoek en het runnen van een bordeel zijn dan toch maar legaal geworden...
Dat we internationaal te kijk staan en ons in Europees verband geïsoleerd hebben interesseert ons blijkbaar niet. En dat we door de Verenigde Naties op onze vingers worden getikt in verband met schending van de mensenrechten, en dat onze euthanasiewet nu zelfs een belemmering blijkt op te leveren voor de bestrijding van terrorisme, nemen we op de koop toe.
Met deze wetgeving is de gerechtigheid niet gediend. Integendeel! In immaterieel opzicht is Nederland achteruit geboerd. Meer wetten, maar minder gerechtigheid.
Gedoogcultuur
De typisch Nederlandse gedoogcultuur maakt de zaak natuurlijk alleen maar erger. Ik doel in het bijzonder op ons dubbelhartige drugsbeleid. Het ware te wensen dat de regering híer de gewenste Europese samenwerking en harmonisatie voorrang zou geven boven het krampachtig vasthouden aan deze totem van vermeende poldermoderniteit. Tolerantie is een groot goed, maar niet ten opzichte van wetsovertreding. Daar moet strikte handhaving uitgangspunt te zijn.
Zorgwekkend is dat de opheffing van het bordeelverbod zelfs contraproductief lijkt te zijn, als het gaat om het tegengaan van prostitutie door illegalen en minderjarigen. In plaats van daarin te berusten moet het kabinet zo spoedig mogelijk aanvullende maatregelen nemen, zoals algemene strafbaarstelling van de prostituant. Dat mag haaks staan op het streven van het kabinet naar 'normalisering van prostitutie', maar ja, je kunt niet alles hebben. En voor wie de uitwassen in de moderne slavernij écht wil bestrijden, is de keuze niet moeilijk.
Kortom: er gaat achter veel problemen nog altijd die typisch paarse schroom - misschien moet ik wel zeggen: onwil - schuil om duidelijke morele keuzes te maken, heldere normen te stellen en deze ook te handhaven. Anders gezegd: onwil om, waar dat nodig is voor de publieke gerechtigheid, duidelijke grenzen te stellen aan de individuele vrijheid. Het geweld op straat, de verloedering van de publieke ruimte en de verruwing in bijvoorbeeld ziekenhuizen en zwembaden maken duidelijk dat we ons simpelweg geen permissiviteit kunnen permitteren.
Er is na acht jaar paars veel herstelwerk te doen!
André Rouvoet is de woordvoerder Justitie van de fractie van de ChristenUnie in de Tweede Kamer.
door André Rouvoet
Bron: Nederlands Dagblad
- Labels
- André Rouvoet
- Opinie
Archief > 2001 > november
- 29-11-2001 29-11-2001 17:32 - Hermans onderzoekt afschaffen lesgeld
- 29-11-2001 29-11-2001 07:09 - Wie openstaat voor wijsheid, vindt haar
- 28-11-2001 28-11-2001 14:17 - Voor de boer en voor de natuur
- 27-11-2001 27-11-2001 13:35 - Onderwijs moet betaalbaar zijn!
- 12-11-2001 12-11-2001 07:37 - Te veel wetten, te weinig gerechtigheid
Reacties op 'Te veel wetten, te weinig gerechtigheid'
Geen berichten gevonden
Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.