Inbreng bij overige fiscale maatregelen 2008

donderdag 18 oktober 2007 10:41

De leden van de ChristenUnie fractie hebben met belangstelling kennis genomen van de Overige Fiscale Maatregelen 2008. Zij hebben nog enkele vragen naar aanleiding van het wetsvoorstel.

1. Bevordering ondernemerschap

De leden van de ChristenUnie fractie constateren met blijdschap dat het kabinet gedeeltelijk uitvoering heeft gegeven aan de motie-Slob, waarin wordt gevraagd fiscale claims ‘belastingvrij’ door te schuiven naar een nieuwe onderneming, ook als er sprake is van vrijwillige staking. Ook bij een dergelijke doorschuiving blijft echter ter zake van grond en gebouwen de eis gelden van “dezelfde economische functie”, tenzij men de onderneming heeft moeten staken vanwege overheidsingrijpen. Het blijft derhalve in veel gevallen van groot belang of er wel of niet sprake is van overheidsingrijpen. De leden van de ChristenUnie fractie constateren dat in het Belastingplan 2008 de definitie van het begrip overheidsingrijpen verengd is ten opzichte van de huidige situatie. Zo vervalt de categorie ‘aan te wijzen herstructureringsmaatregelen’, lijkt de categorie “ecologische hoofdstructuur” uit het Belastingplan 2002 definitief buiten beeld geraakt én is nog steeds het juist in de motie-Slob bedoelde ‘indirecte overheidsingrijpen’ niet geregeld. Wordt er nagedacht over de nadere invulling van het begrip overheidsingrijpen in relatie tot de motie Slob, zo vragen deze leden? De leden bereiken ook geluiden dat er in de praktijk onduidelijkheid bestaat over de vraag wanneer redelijkerwijze kan worden verwacht dat, als men niet meewerkt aan verkoop of minnelijke onteigening, men uiteindelijk (gedwongen) onteigend zal worden. Wij hebben begrepen dat de belastingdienst het standpunt inneemt dat daar pas sprake van is als het nieuwe bestemmingsplan (bijna) definitief tot stand gekomen is. Dat standpunt lijkt ons niet juist en ook niet redelijk. Kan de staatssecretaris hierin duidelijkheid scheppen? De leden vernemen graag ook of het juist is dat als een ondernemer verplaatst uit een gebied in verband met een inrichtingsplan of reconstructieplan doorgaans sprake is van overheidsingrijpen, nu artikel 122 van de Onteigeningswet uitdrukkelijk stelt dat onteigening mogelijk is ter verwezenlijking van dergelijke plannen?

8.2. Uitbreiding vrijstelling natuur

De leden van de ChristenUnie fractie hebben met genoegen geconstateerd dat het kabinet hun suggestie heeft overgenomen, om ook een algemene vrijstelling van overdrachtsbelasting voor natuurgrond in de WBR op te nemen. Zij hebben wel enkele vragen over de uitwerking van deze vrijstelling in de wet.

De aanvulling van art. 15.1.q WBR in de Fiscale onderhoudswet 2007 spreekt van onttrekking van cultuurgrond aan de landbouw ten behoeve van (…) natuur en landschap “ door overheidsbeleid”. Nu het begrip/vereiste “door overheidsbeleid” in art. 15.1.s WBR noch in de toelichting daarop voorkomt rijst de vraag of het gebruik als natuurgrond dient te zijn gebaseerd op overheidsbeleid. Graag een reactie.

Voorts vragen deze leden of de vrijstelling van artikel 15.1.s ook van toepassing is, indien de verkregen grond ten tijde van de verkrijging (nog) niet voldoet aan de begripsomschrijving van natuurgrond (zie toelichting 8.2) doch de grond wel wordt verworven met het oogmerk deze te bestemmen/gebruiken als natuurgrond ? Dient niet een voorziening te worden getroffen voor de in de praktijk te verwachten situatie dat de grond ten tijde van de verkrijging nog niet voldoet aan de begripsomschrijving van natuurgrond, hetzij feitelijk, hetzij omdat bijvoorbeeld het daartoe vereiste plan formeel nog niet is “vastgesteld”?

De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen het kabinet of de in de toelichting (8.2) opgenomen definitie van natuurgrond (natuurterreinen en grond bezet met houtopstanden) ruim genoeg is? Dient de definitie niet in de wet zélf te worden opgenomen, gezien het belang van duidelijkheid van wetgeving?

Is het ook niet wenselijk dat expliciet in de toelichting wordt opgenomen dat ‘bedrijfsmatige exploitatie’ geen eis is voor natuur, nu dit vereiste wel geldt voor de cultuurgrondvrijstelling en de wetgever tijdens de parlementaire behandeling van deze vrijstelling heeft gesteld dat natuurgrond niet bedrijfsmatig behoeft te worden geëxploiteerd, zo vragen deze leden?

De leden van de ChristenUnie fractie vragen voorts waarom bij de zinsnede in de toelichting ‘ook bij verkrijging van verpachte natuurgrond (…)’ geen rekening wordt gehouden met de aanwezigheid van andere gebruikstitels dan pacht, zoals bv. huur ? Wil van pacht sprake zijn dan geldt thans ingevolge artikel 7:312 BW immers het vereiste van bedrijfsmatige exploitatie, terwijl deze eis (zie vraag 4) voor natuurgrond nu juist niet geldt.

De voorgestelde tekst van de laatste volzin van artikel 15.1.s WBR bepaalt dat het verlies van de kwalificatie ‘natuurgrond’ binnen de tienjaarstermijn niet leidt tot het vervallen van de vrijstelling indien binnen die termijn de vrijstelling van artikel 15.1.q WBR van toepassing is en blijft. Waarom, zo vragen de leden van de ChristenUnie-fractie, wordt in een geval van omzetting als hier bedoeld verwezen naar de vrijstelling van artikel 15.1.q? Deze vrijstelling is in dit geval toch helemaal niet van toepassing? Het gaat er toch om dat de natuurgrond binnen de tienjaarstermijn wordt omgezet in cultuurgrond en gedurende deze termijn de bedrijfsmatige exploitatie als cultuurgrond wordt voortgezet? Om de mogelijkheid van terugkeer naar natuurgrond open te houden lijkt het bovendien gewenst te bepalen dat de laatste volzin van artikel 15.1.q WBR van toepassing blijft, zo menen deze leden. Graag een reactie.

13. Afschaffing spoelwatervrijstelling in de grondwaterbelasting
De leden van de ChristenUnie fractie hebben tijdens de behandeling van het Belastingplan 2007 vragen gesteld over de redelijkheid van de grondwaterbelasting. Hierop heeft het kabinet een onderzoek ingesteld, waaruit blijkt dat Nederland hoge tarieven doorberekent, er geen gelijk speelveld bestaat in Europa wat betreft de tarieven, er weinig milieueffect uitgaat van de belasting en het een grof instrument is. Nu wordt ook bepaald dat de spoelwatervrijstelling wordt afgeschaft in de grondwaterbelasting. De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen het kabinet hoeveel bedrijven door de afschaffing van de vrijstelling worden getroffen en wat de budgettaire consequenties voor deze bedrijven zijn. Voorts vragen zij of het mogelijk is de grondwaterbelasting onder de watersysteemheffing te laten vallen, zoals deze wordt opgelegd op grond van de Waterschapswet? Kan het kabinet ook aangeven wat het budgettaire effect is van verlaging van de grondwaterbelasting, wanneer aangesloten wordt bij tarieven die in omringende landen worden gehanteerd, zo vragen de leden van de ChristenUnie fractie.

Overig
De leden van de ChristenUnie-fractie constaterend at in box 3 van de Inkomstenbelasting het mogelijk is privéschulden af te trekken, behoudens belastingschulden. Voor bepaalde belastingschulden bestaan aan de andere kant wel uitstelfaciliteiten op grond van de Invorderingswet, onder andere om bedrijfsbeëindiging en bedrijfsoverdracht soepeler te laten verlopen. Echter, deze faciliteiten zijn niet aantrekkelijk, omdat de schuld niet afgetrokken kan worden in box 3. Daarom zal er naar alle waarschijnlijkheid weinig gebruik van gemaakt worden. Deze leden vragen of het niet wenselijk is om voor belastingschulden, waarvoor uitstelfaciliteiten bestaan in de Invorderingswet, het mogelijk te maken deze aftrekbaar te maken in box 3, zodat het voor de IB neutraal uitpakt? Graag ontvangen deze leden een reactie.

De leden van de ChristenUnie-fractie constateren dat veel provincies een ‘rood-voor-rood-beleid’ hebben. Wanneer voldoende kuub oude, overtollige bedrijfsopstallen wordt gesloopt, mag hier een woning voor teruggeplaatst worden. Dit speelt vaak rondom bedrijfsbeëindiging. Bij bedrijfsbeëindiging moet al veel belasting worden betaald. Daardoor heeft het ‘rood-voor-rood- beleid’ een negatief imago. Het kabinet wenst de plattelandsinvestering te stimuleren. Is het dan niet mogelijk een soort sloopaftrek te creëren, zo vragen de leden van de fractie van de ChristenUnie, om het ‘rood-voor-rood-beleid’ te stimuleren? Graag ontvangen deze leden een reactie.

Labels
Bijdragen
Ernst Cramer

« Terug

Reacties op 'Inbreng bij overige fiscale maatregelen 2008'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.

Archief > 2007 > oktober