Bijdrage Joël Voordewind aan het algemeen overleg Textiel en conflictmineralen

Joël Voordewind - Foto: Rufus de Vrieswoensdag 06 juli 2016 00:00

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind als lid van de algemene commissie Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking aan een algemeen overleg met minister Ploumen voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

Onderwerp:   Textiel en conflictmineralen

Kamerstuk:    33 625          

Datum:            6 juli 2016

De heer Voordewind (ChristenUnie):
Voorzitter. Ik mocht er maandag bij zijn. Je kunt heel terughoudend of zorgelijk zijn, maar ik vond het mooi om te zien dat er zo veel bedrijven waren; er waren zelfs te weinig stoelen. Ik wil bij dezen de minister feliciteren met het resultaat, want zij is de motor achter dit textielconvenant geweest. Dit is het eerste convenant dat gesloten is en 75, 76 merken, 55 bedrijven, hebben inmiddels getekend. Er heerste een optimistisch gevoel over het feit dat de bedrijven gezamenlijk één doel hadden, namelijk de arbeidsomstandigheden veiliger maken en kinderarbeid uitbannen. Dat wil ik gemarkeerd hebben.

De minister zei op de bijeenkomst een aantal keren dat zij graag wil dat mensen met een gerust hart kleding kunnen kopen en dat we met dit convenant een grote stap vooruit zetten. Dat was natuurlijk de bedoeling van het kledingconvenant en het convenant is daarin een eerste stap. Het feit dat de bedrijven aan de gang gaan met due diligence oftewel de transparantie en het verbeteren van hun productieketens is het begin, maar mensen kunnen op dit moment nog niet met een gerust hart naar die bedrijven gaan met de wetenschap dat ze daar schone kleren kunnen kopen. De inzet is er, maar als je kijkt naar de branches die dit laatste echt kunnen garanderen, kom je uit bij een heel kleine sector — een niche zoals Katja Schuurman zei — en bij Floortje Dessing en voor chocola bij Tony Chocoloneley, die zich daarin gespecialiseerd hebben.

Leefbaar loon is hierbij een belangrijk punt. We kopen in Nederland voor €722 per jaar per persoon aan kleren. Dat is nogal wat. Er gaat heel veel geld om in de kledingmarkt. Dan moet een leefbaar loon toch kunnen? Er gaat op dit moment gemiddeld 0,6%, een kleine €0,18, naar de kledingarbeider. Er is minimaal 1%, €0,27, nodig om tot een leefbaar loon te komen. Die stap moeten we toch kunnen zetten? Het is jammer dat grote merken als Primark, H&M, Zara, Beststeller, waaronder onder andere Vero Moda en Jack & Jones vallen, en Scotch & Soda nog niet tekenen. Ik hoop oprecht dat deze bedrijven snel het convenant tekenen, hoewel er natuurlijk allemaal internationale bedrijven tussen zitten. We weten echter dat internationale branches nu ook al hebben meegetekend.

Papier is geduldig, maar het gaat om de uitvoering, het secretariaat, het toezicht. Hoe schat de minister dit in? Er is sprake van vier fte en de minister betaalt daaraan mee, maar het gaat om 75 merken met bedrijven all over the world, voornamelijk in Azië. Om daar een beetje toezicht op te houden, heb je mogelijk meer nodig dan die vier fte. Ik hoor rondzingen dat er wel 10 fte nodig zijn voor het secretariaat. Ze voeren nogal wat uit: ze moeten coördineren, plannen beoordelen, productielanden controleren, trainingen organiseren, et cetera, et cetera. Er komt veel bij kijken. De heer Teeven vroeg of er niet te veel wordt geïnvesteerd en of er niet wat aan reserve achtergehouden moet worden, maar ik hoop dat de minister er vol ingaat. Uiteindelijk — daar heeft de minister gelijk in — moet de financiering vanuit de sector komen. Er zal zo snel mogelijk een sectorbrede heffing moeten komen, zodat het secretariaat ook op de langere termijn van financiën verzekerd is. Daar ontbreekt het nu nog aan. Kan de minister toezeggen dat zij daar richting de bedrijven op aanstuurt, zodat het convenant een duurzame financiering kent? De stip op de horizon is het einde aan gebonden arbeid, kinderarbeid, hongerlonen et cetera. Voor leefbaar loon wordt als doel 2020 gesteld, maar heel veel doelstellingen kunnen een stuk concreter bepaald worden zodat er echte targets, smart-geformuleerde doelstellingen, zijn.

Wat betreft de stok achter de deur onderstreep ik de geluiden van de collega van GroenLinks en collega Sjoerdsma die zeggen dat de richtlijnen van de ILO (International Labour Organization) afdwingbaar moeten zijn en dat na de geschillenprocedure het OM eraan te pas moet komen om aan het eind van de rit de bedrijven tot de orde te roepen door een boete uit te delen.

Ik kom op de visie van de minister op de duidelijkheid voor de consumenten. Als bedrijven aan bepaalde voorwaarden voldoen, moet er dan op een gegeven moment niet een schoneklerenkeurmerk komen, zodat consumenten in de winkel aan het hangertje zien dat ze iets verantwoord kopen en weten dat er sprake is van een leefbaar loon en niet van kinderarbeid? Moeten we niet willen dat het juist voor de consumenten duidelijker wordt dat ze met een schoon geweten kleren kunnen kopen? Ik wacht de reactie van de minister af.

Meer informatie: www.tweedekamer.nl

Labels
Bijdragen
Buitenlands beleid
Joël Voordewind

« Terug

Archief > 2016 > juli