Debat over beveiliging mevrouw Verdonk

donderdag 05 juni 2008 00:00

De heer Anker (ChristenUnie):

Voorzitter. In dit debat neem ik een bijzondere positie in. Ik kan mij namelijk niet voorstellen hoe het voelt om 24 uur per dag beveiligd te worden. Elke dag kan ik mij op straat begeven. Ik kan boodschappen doen en uitgaan zonder dat ik dat iemand hoef te zeggen. Ik kan dus gaan en staan waar ik wil. Helaas is er een aantal Kamerleden dat zich in een geheel andere situatie bevindt. Die collega's kunnen niet gaan en staan waar zij willen. Zij moeten dus steeds zeggen waar zij heen gaan. Het is voor hen zelden mogelijk om alleen een hapje te eten. Als zij dat wel doen, staan er altijd mensen om hen heen. Die Kamerleden zijn niet vrij en dat is geen goede zaak. Het is wel goed dat de Nederlandse overheid onze collega's beschermt. Dat is in de eerste plaats in het belang van betrokkenen en in de tweede plaats in dat van onze parlementaire democratie. Politici moeten immers kunnen zeggen wat zij willen.

Het is lastig, want wij spreken in deze politieke arena over de vraag of de beveiliging voor mevrouw Verdonk terecht is beëindigd. Ik vind dat dit soort zaken aan de verantwoordelijken moet worden overgelaten. In dit geval is dat de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding in samenspraak met de minister van Justitie. Als je echter in een dergelijke gespannen situatie zit en zaken opeens veranderen, is het niet uitgesloten dat je je opeens onveilig voelt. Ik denk dat dat de spits is van het debat: hoe gaan wij enerzijds om met de mening van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en anderzijds met de dreiging die de beveiligde zelf ervaart? Hoe is het gegaan? Uit de brieven maken wij op dat er in het afgelopen jaar verschillende malen is gesproken. Ik kan mij voorstellen dat het indringende gesprekken zijn geweest. Mevrouw Verdonk zou meerdere malen hebben aangegeven dat zij het niet eens was met de analyse van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en de minister. Hoe wordt met een dergelijke situatie omgegaan?

Ik voelde mij ook enigszins ongemakkelijk toen ik gisteren naar het televisieprogramma van Knevel en Van den Brink keek. Mevrouw Verdonk zei in dat programma namelijk dat de beveiliging zal worden beëindigd. Ik vroeg mij direct af in hoeverre dat zou gebeuren en wat dat precies inhield. Ik kon mij niet voorstellen dat de beveiliging van de ene op de andere dag zou worden beëindigd. Ik ben ietwat gerustgesteld nu ik in de brieven lees dat er zal worden afgeschaald naar een ander systeem. Nu er in dat televisieprogramma openlijk is gesproken over de beveiliging, vraag ik mij af of er een nieuwe analyse moet worden gemaakt.

De heer Anker (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik wil mij niet verliezen in analyses over dit debat, maar ik wil wel vaststellen dat het een vervelend debat is. Het is ook heel vervelend als je als Kamerlid ziet dat mevrouw Verdonk aan de interruptiemicrofoon en de minister achter de regeringstafel staat, die eigenlijk hun eerdere gesprekken, waar wij nooit bij zijn geweest, waar wij geen verslagen van hebben en waar wij niet bij kunnen komen, gewoon aan het voortzetten zijn. Dan wordt het een welles-nietesspelletje en daar word ik liever niet in betrokken. Ik wil graag dingen bespreken op basis van goede informatie.

Goede informatie biedt wel de nota die onder het stelsel bewaken en beveiligen ligt en waar ik ook nog eens even in heb zitten lezen. Daar staat in dat dreigings- en risicoanalyses continu plaatsvinden en dat dit gevraagd en ongevraagd gebeurt. De NCTb heeft dus een heel zelfstandige verantwoordelijkheid om dat continu te doen. Volgens mij heeft de minister daar ook continu naar verwezen.

Ik wil het daar bij laten, want de minister wordt in een dergelijk welles-nietesspel telkens gedwongen om de randen van de vertrouwelijkheid op te zoeken. Wat mag hij wel zeggen en wat mag hij niet zeggen? Hij heeft daarbij niet alleen de veiligheid van mevrouw Verdonk in het oog te houden, maar natuurlijk ook de nationale veiligheid, want het gaat ook over ons systeem.

Mijn conclusie is dat ik erop vertrouw dat de minister onafhankelijk en op een goede manier zijn werk doet en zich goed laat adviseren.

Ik heb nog twee vragen. De eerste vraag is al door de heer De Wit gesteld. Wat is nu precies het gevolg geweest van de bekendmaking van de betrokken informatie, gisteravond in een tv-uitzending? Is dat nu aanleiding voor een nieuwe dreigingsanalyse? Is die analyse misschien al gemaakt? Dat wordt immers continu gedaan.

Mijn tweede vraag is hoe wij hier nu mee moeten omgaan. Het is helaas waar, maar wij hebben nu twee Kamerleden die continu beveiligd worden op deze indringende manier. Als zij daar onvrede mee hebben of daar niet tevreden over zijn, waar moeten zij dan heen zonder er direct een politieke kwestie van te maken, zonder terecht te komen in een situatie als die waarmee wij vanavond geconfronteerd worden? Ik heb daar geen pasklaar antwoord op. Ik zou mij kunnen voorstellen dat zij zich tot de Commissie Stiekem vervoegen, of tegen hun fractievoorzitter zeggen: ik heb een probleem en ik wil het niet politiek maken, ik wil het niet in de openbaarheid brengen, maar ik wil er wel iets mee. Misschien dat de minister hier iets over kan zeggen en misschien moet het presidium er eens over nadenken. Dit is in elk geval wel een probleem dat wij in de toekomst moeten gaan oplossen.

Labels
Bijdragen
Ed Anker

« Terug

Reacties op 'Debat over beveiliging mevrouw Verdonk'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.

Archief > 2008 > juni