Pak Teheran aan nu het nog kan (RD)

zaterdag 03 oktober 2009 13:46

Het is duidelijk dat het regime in Iran zich niet tot de orde laat roepen, concluderen Yanaï Bar, IJmert Muilwijk en Frank van Dalen. De internationale gemeenschap moet daarom zware sancties tegen Teheran afkondigen nu het nog kan.

De jaarlijkse toespraak van de Iraanse president Ahmadinejad voor de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties was woensdag weer doorspekt met antisemitisme. Ondanks herhaalde dreigementen van westerse diplomaten dat zij zouden weglopen wanneer Ahmadinejad zijn tirade weer zou afsteken, trok hij van leer. Het oude riedeltje over een kleine groep Joden die de politiek in de wereld domineert, werd afgedraaid.

Hij kon ook niet anders, want door zijn gedrag aan te passen aan de eisen van zijn westerse ‘rivalen’ zou hij zijn positie in Iran onmogelijk maken. Hij zou de haviken binnen de Islamitische Republiek teleurstellen, en dat nog wel nadat zij Ahmadinejads herverkiezing in juni met grof geweld afdwongen. Het moellahregime rechtvaardigt zijn bestaan door het Westen tegen te streven. Verzoening is voor de machthebbers daarom niet mogelijk en wordt nog minder plausibel als Teheran eenmaal over een atoomwapen beschikt.

De handreiking van de Amerikaanse president Barack Obama en zes jaar van onderhandelingen tussen Europese landen en Iran hebben niet geleid tot openheid van zaken over Irans nucleaire project. Uit een gelekt rapport bleek vorige week dat ook atoomwaakhond IAEA het Iraanse nucleaire programma inmiddels wantrouwt.

Nog langer afwachten tot de Islamitische Republiek wel bereid is openheid van zaken te geven, brengt het onomkeerbare moment van een Iraans nucleair wapen alleen maar dichterbij. Daarom is het nu zaak om de Iraniërs tot openheid van zaken te dwingen.

Energieboycot
Op internationaal niveau lijkt er in toenemende mate consensus te ontstaan over een hardere aanpak van Teheran.

Begin deze maand al riep de Franse president Nicolas Sarkozy op tot zwaardere sancties tegen Iran en ook de Duitsers hebben verklaard tot een energieboycot bereid te zijn. Daarnaast zouden buitenlandse financiële tegoeden van de Iraniërs aan­gepakt kunnen worden.

Minister Verhagen van Buitenlandse Zaken, die al langer een hardere lijn voorstaat, zal zich moeiteloos achter deze stappen kunnen scharen. Over zwaardere sancties kan consensus bereikt worden op de G20-top die dezer dagen in Pittsburgh plaatsheeft.

Dat het moment waarop Iran over een nucleair wapen beschikt steeds dichterbij komt, beseft ook de Israëlische regering. Premier Netanyahu heeft al meerdere malen verklaard dat hij Iran als een existentiële bedreiging voor de Joodse staat beschouwt en dat alle opties, inclusief militaire, op tafel liggen om dit probleem op te lossen.

De tijd begint echter te dringen. Niet alleen vanwege de vorderingen van het Iraanse nucleaire programma, maar ook omdat Teheran op een lading geavanceerde Russische S300-luchtafweerraketten wacht. De mogelijkheid tot een geslaagde preventieve luchtaanval op Iran lijkt te zijn verlopen als die levering eenmaal heeft plaats­gevonden.

Sponsor
Militaire actie tegen Iran is echter voor niemand aantrekkelijk. De aanval zou kunnen mislukken en behelst tevens de risico’s van escalatie in een grotere oorlog in de regio, gevolgen voor de olieprijs en daaruit voortvloeiende globale economische malaise. Daarom is nu het moment voor beleidsmakers in Brussel en Washington om het initiatief te nemen voordat de situatie in het Midden-Oosten niet langer te beïnvloeden is.

Bovendien heeft de internationale gemeenschap de verantwoordelijkheid om het probleem Iran niet aan Israël over te laten. Het regime in Teheran onderdrukt minderheden en ook democratische oppositie wordt meedogenloos neergeslagen. Daarnaast is het een van de grootste sponsors van terrorisme ter wereld. Zijn toorn richt zich niet alleen op de Joodse staat, maar ook tegen „het corrupte Westen.”

Het mogen dan economisch moeilijke tijden zijn, het nu verzaken om de verantwoordelijkheid te nemen en Iran aan te pakken, kan binnen afzienbare tijd tot veel hogere kosten leiden. Nu er nog ingegrepen kan worden, hebben westerse overheden de plicht dat ook te doen.

De auteurs zijn respectievelijk coördinator van het Iran Comité in Den Haag, bestuurslid van het Iran Comité en voorzitter van PerspectieF, de jongerenorganisatie van de ChristenUnie, en bestuurslid van het Iran Comité en voorzitter van ProGay.

 

Dit artikel is ook te lezen op de website van het Reformatorisch Dagblad.

 

 

Labels
In de media

« Terug

Reacties op 'Pak Teheran aan nu het nog kan (RD)'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.

Archief > 2009 > oktober