Bijdrage Joël Voordewind aan het algemeen overleg IMVO

woensdag 25 februari 2015 00:00

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind als lid van de vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking aan een algemeen overleg met minister Ploumen voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

Onderwerp:   IMVO

Kamerstuk:    26 485

Datum:           25 februari 2015

De heer Voordewind (ChristenUnie): Voorzitter. Ik hoor mooie vergezichten om tot een of ander socialistisch wereldnetwerk te komen!

Mijn excuses dat ik wat later was. Ik kan dus niet helemaal overzien of er draagvlak is voor een wettelijke regeling na twee jaar, maar ik hoor positieve geluiden. Ik zie de VVD-woordvoerder nee schudden. Dat is jammer, maar ik vestig mijn hoop op de rest van de Kamerleden om in ieder geval zo'n regeling als stok achter de deur neer te zetten. Het is mooi om tot convenanten te komen. Het bedrijfsleven is daar al een hele tijd mee bezig, eerst met vrijwillige afspraken en nu uiteindelijk, mede dankzij deze minister, met concrete afspraken in de nieuwe convenanten. Het is goed dat daarbij een jaartal genoemd is, 2016. Ik heb begrepen dat het textielconvenant al voor de zomer klaar zou moeten zijn. Dat is althans de ambitie van de textielsector zelf.

Het zijn allemaal heel positieve geluiden, maar ik onderschrijf tegelijkertijd de opmerking van de collega's dat het verstandig is om een stok achter de deur te hebben. Als dit niet rond komt, als de convenanten niet de twaalf criteria van de SER volgen of als de doelstellingen te vaag zijn en veel te ver in de toekomst liggen, dan hoop ik dat wij als Kamer eensluidend tegen de minister zeggen dat wij toch een stok achter de deur willen. Als bedrijven niet in staat zijn om het binnen twee jaar zelf te regelen, zal de Kamer of de minister wettelijke maatregelen moeten gaan nemen. Ik ben ook blij met de uitspraken van minister van Financiën Dijsselbloem, die hetzelfde geconstateerd heeft over de financiële sector. Dat doet hij ook niet voor niks. Eventueel zullen wij hier met de minister over moeten gaan spreken. Ik begrijp dat de heer Van Laar al eerder voorgesteld heeft om te bekijken of het OM onderzoek kan doen als er sprake is van schendingen van arbeidsrechten. Volgens mij komen wij er wel uit met elkaar, maar het is goed om nu al te laten horen dat er een stok achter de deur is. Namens de ChristenUnie vraag ik de minister om hierop te reageren.

Mijn fractie pleit er ook voor om de twaalf criteria van de SER als leidraad voor de convenanten te hanteren en om de OESO-richtlijnen en de guidelines en principles van de EU als ondergrens te nemen. Ik vraag de minister ook om van de deelnemende partijen te vragen, of misschien zelfs te eisen, dat zij per sector en als individu rapporteren over hun risicoanalyses. Transparantie en verplichte due diligence zijn echt cruciaal. Anders moeten wij partijen op de blauwe ogen gaan geloven. Ik vraag de minister ook hoe het staat met de Europese richtlijn voor niet-financiële informatie. Er is wetgeving in de maak over mvo-rapportage. Hoever is de implementatie van deze richtlijn?

Het valt mij op dat in de risicoanalyses vaak over kinderarbeid wordt gesproken. Maar in veel sectoren wordt dat nog niet gekoppeld aan de eigen producten: zaden, hazelnoten, schoenen, koffie, thee en tabak. Eerder heb ik al gepleit voor een specifieke risicoanalyse als het gaat om kinderarbeid. We hebben al eens gesproken over een lijst van risicoproducten zoals Amerika die al heeft. Het kabinet heeft er niet voor gekozen die kant uit te gaan, maar het te integreren in de convenanten. Maar dan moeten we het wel goed doorvoeren als het gaat om de door mij net genoemde producten. In de schoenenindustrie zit nog heel veel kinderarbeid. Is de minister bereid om die sector te koppelen aan het textielconvenant? In de schoenenindustrie bestaat namelijk wel de bereidheid om daarnaar te gaan kijken.

Tijdens de begroting is een motie aangenomen waarin de regering wordt gevraagd, het textielconvenant een duwtje te geven. Wat is de stand van zaken op dat punt? Ik hoor namelijk positieve geluiden, maar ik hoor die ook graag van de minister.

Bij de begroting hebben we aandacht besteed aan de supermarkten en keurmerken, zoals ISEAL. De minister heeft toegezegd dat punt te bespreken met staatssecretaris Dijksma. Kan zij daar wat over zeggen? Wat het marktmeesterschap betreft, zitten er tekortkomingen aan het NCP, dat niet kan doorpakken, maar alleen kan middelen. Ik wil de suggestie van het College voor de Rechten van de Mens bij de minister onder de aandacht brengen om te zien of dat daarop toe kan zien. Het College voor de Rechten van de Mens ziet erop toe dat de mensenrechten worden gerespecteerd. Zou dat een mogelijkheid kunnen zijn als toezichthoudend orgaan?

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

Labels
Bijdragen
Buitenlands beleid
Joël Voordewind

« Terug

Archief > 2015 > februari